- 14 -
3.
is aangewezen om voor de na de opheffing nog te verrichten betalingen en ont
ingaan" ses -aanden nadat bat in het vorige lid bedoelde meer-
HVipi(5s"b6slni"t is tôt stcinà ^©komsrio
Het bestuur zal, zodra tôt opheffing is beeloten, de ontbinding van het isti-
tuut voorhereiden en tevens de nodige voorzieningen treffen met betrekkmg
de liquidatie overeenkomstig het volgende artikel.
Artikel 35
De op het tijdstip van opheffing aanwezige bezittingen van het instituut zullen m
de eerste plaats tôt een zodanig bedrag worden gereserveerd als nodig is om de
realisering van de rechten der deelnemers tôt dat tijdstip, met înbegnp v
die genoemd in artikel 8, tweede lid, te verzekeran»
Van het resterende bezit zal zoveel mogelijk een zodanig bedrag worden gere
veerd als nodig is om aan de verplichtingen tegenover het personeel van het in
stituut te kunnen voldoen.
Hetgeen overblijft nadat verder aile uitgaven zijn gedaan, zal aan de gemesnten
worden uitgekeerd in verhouding van de bijdrage van elke gemeentetot het totaa
der gemeentelijke bijdragen over het laatst verlopen kalenderjaar
Hetgeen in geval van opheffing tôt dekking van nog te verrichten uitgaven on
breekt zal ten laste der gemeenten worden omgeslagen naar de in het derde li e
doelde verhouding»
Hoofdstuk XIV
Overgangsbepalingen
Artikel 36
1» Het bestuur van het instituut dient uiterlijk op 1 januari 1970 te zijnsamenge-
steld overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk VII.
2. Zolang dit niet is geschied-, blijft het zitting hebbende bestuur de bestuurs
taak waarnemen, daarbij overigens de bepalingen van deze regeling m ac nemen
de»
Hoofdstuk XV
SI otbeoalingen
Artikel 37
Een afdruk van deze regeling, van het in artikel 12 bedoelde règlement, van de ver-
goedingenlijstalsmede van de in elk daarvan aangebrachte wijzigmgen, worden aan
iedere deelnemer kosteloos uitgereikt»
Artikel 38
Burgemeester en wethouders der gemeente Leeuwarden worden overeenkomstig artikel 8
der Wet gemeenschappelijke regelingen belast met de zorg voor de in dat artikel voor-
geschreven bekendmaking in de Nederlandse Staatscourant.
Artikel 39
Deze regeling, welke kan worden aangehaald als I.Z.A.—regeling Priesland, treedt in
werking met ingang van 1 januari 1954»
