fret
- 2 -
g. de instelling zal moeten naleven al die voorwaarden en bepalingen, welke
door de Minister met de uitvoering der Woningwet belast aan de steun van
het ri jk worden verbonden en welker naleving afhankelijk is van medewerking
der instelling; bedoelb voorwaarden en bepalingen worden geacht bij voor-
baat in dit beslu.it te zijn opgenomen;
II. aan die instelling met ingang van het tijdstip van overdracht der woningen
een bijdrage uit de gemeentekas te verstrekken gelijk aan ontvangen rijks—
bijdrage, onder de volgende voorwaardens
a. indien er in enig jaar overschotten op de exploitatie zijn, worden deze,
overeenkomstig artikel 14 van de Beschikking geldelijke steun toegelaten
instellingen, gestort in de reserve als bedoeld in artikel 22 van het Be-
sluit geldelijke steun volkshuisvesting;
b. er wordt krachtens artikel 22 van het Besluit geldelijke steun volkshuis
vesting, juncto artikel 6, 2e lid, van de Beschikking geldelijke steun
toegelaten instellingen, een reserve gevormd tôt dekking van het aan de
exploitatie van de woningen verbonden risico.
•dus vastgesteld door de raad voornoemd in zijn
|/bare vergadering van 25 september 1968
Vsecretaris, Ue voorzitter
(H. Hellinga)
Op
in tweevoud ter goedkeuring ingezonden aan Gede-
puteerde Staten.
St/K