- 13 -
En daar hebben wij de vraag in het midden gelegd, of we ons misschien opnieuw moeten
oriënteren. In verband met de samenwerking met andere gemeenten moeten we ons mis
schien aansluiten bij een gemeente, waarop we ook geografisch zijn georiënteerd.
Dit zijn allemaal vragen, die nog lang niet zijn opgelost. Ik ben het met de heer
Tolsma eens, dat men de zaken niet te somber moet voorstellen. Maar ik vind het wel
triest, dat er enkele jaren van de uitvoering van kapitaalswerken niets is kunnen
komen. Dit acht ik een ongezonde situatie. Het inderdaad een bezwaar, dat men
thans gezien de financiële toestand van de gemeente in Den Haag kan bepalen, welke
uitgaven wel en welke uitgaven niet mogen worden gedaan. Ik geloof wel, dat wij
proberen ons werk met visie op de toekomst te verrichten. Door mechanisering is e
hoop ik mogelijk f. 20.000,te besparen. We hebben met het wachten tôt het maken
van een voorstel betreffende mechanisering van de bevolkingsbcekhouding gewacht,
omdat iet over enkele jaren verplicht wordt dat dit onderdeel wordt geautomatiseerd.
Met betrekking tôt de verhuur van woningen zullen wij naar aanleiding van het
schrijven van de minister de mensen, die daarvoor in aanmerking komen, verzoeken
in een duurdere woning te trekken. We willen hen niet dwingen, omdat men dan het
idee krijgt, dat het gemeentebestuur als politieagent optreedt.
Wij zijn met u eens, dat de weg van Comjum naar de Brêdyk urgenter is, dan de weg
Britsum-Cornjum. Wanneer er niet meer geld beschikbaar komt, zien wij geen kans de
verbetering van de kom van het dorp Hijum meteen ter hand te nemen. Over de ver—
betering van de straatverlichting in het noorden van de gemeente is reeds gesproken.
We hopen deze verbetering snel te kunnen realiseren.
In de vergelijkingen die gedaan worden, worden aile onderdelen behandeld, zodat
het onderwijs hier beslist geen slachtoffer^an zal worden. De uitkeringen voor de
aanschaffing van leermiddelen willen we niet omlaag brengen, we zoeken het in heel
andere sectoren van het onderwijs. Ik ben blij, dat de P. v.d. A.—fractie zoveel
mogelijk zijn steun aan het beleid van burgemeester en wethouders wil blijven geven.
Wij hopen die samenwerking te handhaven door voorlichting en openheid.
De voorzitter antwoordt blij te zijn, dat hij naar de mening van de heer Beeksma
over het algemeen een goed beleid voert. Ik vind, dat wanneer er 10 mensen op de
publieke tribune aanwezig zijn, die het fries niet verstaan, het wel wat pijnxijk
wordt, om in de friese taal door te gaan. Hierover kan men van mening verschillen.
De groei van de kleine dorpen blijft een teer punt. We proberen ook daar te doen
wat mogelijk is. Over de nieui/e plaats van het standbeeld was de voorzitter niets
bekend, maar hij zal het noteren, zodat ook daar de nodige aandacht aan kan worden
besteed.
Wat de opzet van plan Zuid betreft is de voorzitter van oordeel, dat dit plan een
vergelijking met uitbreidingsplannen in andere vergelijkbare of nog grotere dorpen
goed kan doorstaan. Getracht zal worden in het nieuwste gedeelte moderne woningen
met een passende aankleding, wat de groenvoorziening betreft, te realiseren.
Spreker is het met de heer Beeksma eens, dat de voorzieningen inderdaad niet kunnen
worden bijgehouden, wat een gevolg is van het ontbreken van de nodige middelen.
Dit is mede de reden waarom gestreefd moet worden naar een sluitende begroting,
waarbij men echter de realiteit niet uit het oog dient te verliezen. Er dient op een
doelbewust welzijnsbeleid te worden aangestuurd.
Aan het idee van de heer Beeksma om van Priesland êên grote gemeente te maken is de
voorzitter nog lang niet toe, en voor zover hem bekend, het collège van burgemeester
en wethouders ook niet. Het collège voelt veel meer voor samenwerking op vrijwillige
basis. In de praktijk is in de IJmondraad reeds gebleken, dat de instelling van
wijkraden op vrij grote moeilijkheden stuit. Het voordeel van een in totaliteit veel
hogere uitkering uit het gemeentefonds weegt naar de mening van spreker niet op te-
gen de nadelen van êên gemeente in Priesland.