- 2 -
In hoeverre de te treffen maatregelen voor onze gemeente effect zullen
hebben valt thans nog niet na te gaan. Tot op heden is namelijk nog steeds
geen beslissing genomen omtrent de toekenning van een aanvullende uitke-
ring aan onze gemeente. Tussen de ministeries van binnenlandse zaken en
van financi'en bestaat verschil van inzicht of op de aanvullende uitkerin-
gen al dan niet bepaalde kortingen moeten plaats vinden. De kans, dat met
name het bedrag wegens verdubbeling van de oppervlakte-uitkering op het
bedrag van de aanvullende uitkering zal worden gekort is niet denkbeeldig.
Dit zou betekenen, dat inplaats van op het in de begroting 1971 geraamde
bedrag van f 200.000,slechts op een bedrag van f 155=000,zou mogen
worden gerekend.
In dat geval geven de genoemde maatregelen onze gemeente geen verruiming
van middelen, doch zal de opbrengst moeten worden aangewend om het ont-
stane gat te dichten.
De gehele gang van zaken met betrekking tot het toekennen van aanvullende
bijdragen vinden wij zeer onbevredigend, en met name de wel zeer lange
tijd die voor het nemen van een beslissing nodig is, is naar ons oordeel
voor een slagvaardig beleid van een gemeente ontoelaatbaar.
Omtrent de financiele consequenties kan in ronde cijfers de volgende bere-^fc
kening worden gemaakt;
hogere algemene uitkering uit het gemeentefonds;
5800 x f 10,85 f 64.000,—
vermindering wegens het doorlopen van de bestaande opcenten-
heffing in 1971
grondbelas ting gebotiwd;
60% van f 11.000,f 6.600,
grondbelasting ongebouwds
3>0% van 10.490,— - 5.850,—
personele belastings
200 x 5/l2 van f 21.600,— - 18.000,—
- 30.450,
bruto-hogere uitkering' f 33=550,
Hierop in mindering te brengen de aan het rijk te betalen
invorderingskosten van hoofdsom en opcenten personele be
las ting en grondbelasting (nieuw)
6,5/S van f 44.100,(opbrengst personele belasting
opcenten van 1 juni t/m 31 december) - 2.875,A
netto "verruiming1'' in 1971 f 30.675,
Op jaarbasis gerekend (voor het eerst in 1972) kan de verruiming worden
berekend alsvolgt;
6000 x f 10,85 65.100,—
af; invorderingskosten opcenten
6,5% van f 120.000,- 7.800,
verruiming f 57300
Uij geven u in overvieging van de bevoegdheid om nieuwe opcenten op de per
sonele belasting en op de grondbelasting te heffen gebruik te maken en
stellen u voor;
a. met ingang van 1 juni 1971 250 opcenten te heffen op de hoofdsom van
de personele belasting?
