tinggrondslag moet men nemen, de economische waarde of de oppervlakte-grondslag.
De voor- en tegen argumenten zijn heel duidelijk aangegevên, zij'Tïet" wat summier. Maar de
kosten van hertaxatie éénmaal in de vijf jaar zqn f 20.000,dat is 10# van de be-
lasting opbrengsten dat is nogal wat. Hij verzoekt om aile mogelijke moeite te doen
om deze kosten zo laag mogelijk te houden.
De heer Tulner vraagt of het mogelijk is om een bepaald indexcijfer aan te geven waar—
mee ailes over vijf jaar verhoogd kan worden, zodat de hoge taxatiekosten alsdan lcun-
nen worden vermeden.
Er moet echter rekening gehouden worden met inflatie, waardestijging en ouder worden
van de panden enz.
I-Ievr. de Boer merkt op dat ook zij niet zoveel hierover wil zeggen. Het enige dat se
wil opmerken is dat haar de economische waarde voor de monsen billijlcer toe lijlct dan de
oppervlakte-grondslag.
Zij.denkt dat br de economische waarde de belasting redelijker valt te verdelen. Ondanks
de hogé kosèen die gemoeid zijn met de waardering van de panden lijkt het haar de meest
eerlijke mothode.
De heer Beeksma is van mening dat men om een £oed en eenvoudig belasting gebied voor
de gemeente te krijgen nu op-de goede weg is.
De voorzitter zegt dat ailes zo kort en beknopt mogelijk is gehouden mmdat ailes ook
al eens eerder i: besp»oken.
Hij vindt de kosten van taxatie en hertaxatie ook hoog. Ook hij v i .dt het wel zonde van
het geld. Er is inderdaad ongeveer een bedrag mee gemoeid zoals is genoemd door de
heer Dam.
De voorzitter hoopt ook dat het niet nodig zal zijn om iedere vijf jaar deze hoge kosten
te moeten dragen. Of het systeem^an de economische xfaarde billijker is dan van de opper
vlakte-grondslag moet nog worden gëwacht omdat er vanuit is gegaan dat beide systemen
billijkheids grondslagen bevatten. Dit is ook de bedoeling geweest van de wetgever.
De heer Dam vraagt of bij de samenstelling van een woningkartotheek ook rekening moet
worden gehouden met de oppervlalcte van de woning.
De voorzitter zegt dat toen begonnen werd met het aanleggen van een woningkartotheek
nog niet bekend was welke grondslag zou worden toegepast. Daarom is besloten deze vra-
gen hierin op te nemen. Mocht nml. over 5 jaar blijken dat de thans voorgestelde grond
slag niet bevalt dan kan altijd nog overgeschakeld worden op de andere.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het besiuit van burgemeester en wethouders
besloten.
Voorstel tôt voorlopige vaststelling van de gemeente-rekening 1971 en de rekening
voor het grondbedrijf 971. 74/82)
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burge
meester en wethouders besloten.
Geldlening 74/83)
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burge
meester en wethouders besloten.