Agendapunt 14
Voorstel 74/ 151
v
OnderwerpStiens, 22 olctober 1974
Beleidsnota Openluchtrelcreatie
in Friesland
Aan
de gemeenteraad
Faar aanleiding van ons schrijven inzake de behandeling van de beleidsnota openlucht-
rekreatie in Friesland is van de fralctie van de Partij van de Arbeid de navolgende
realctie ontvangen.
"De hoofdvraag of er een aanpassing moet plaatsvinden aan de toenemende vrije tijd uordt
"door de nota deels wel en deels ni et beantwoord. Enerzijds wordt gesteld dat er afge-
"remd moet worden, anderzijds worden plaatsen a angewezen, welke nog wel uitbreiding van
"rekreatievoorzieningen lcunnen dragen.
"Grote projekten uellce zijn gesitueerd op plaatsen die een omgeving hebben, welke als
"gunstig voor relcreatie wordt beschouwd.zijn tôt nu toe gebruilcelijk. Zij passen in het
"patroon van de openluchtrelcreatie. Naar de mening van onze fralctie moet echter gesteld
"vrorden, dat niet op deze manier kan blijven uorden ûoorgegaan.
"De aantrekkelijkheid van deze provincie is de rust en zijn de vaalc nog" onbedorven" ge-
"bieden, Het zijn juist deze gebieden, v/aarin of vraarbij zich de relcreatieprojekten be-
"vinden. Vergroting van die projekten, houdt tevens in een verkleining van en een
"bedreiging voor de "onbedorven" gebieden. De aantrekkelijkheid ervan vermindert daardoor.
"Dit dilemma heeft de nota niet voldoende onderkend.
"Een tweede probleem is dat door de konsentratie van de relcreatie in een aantal streken
"een grote vervoersbehoefte ontstaat. Hiervoor zijn verlceersvoorzieningen nodig, welke
"ook nog weer de aantrekkelijkheid van deze provincie verminderen. Verkeersvoorzieningen
"als wegen e.d. verstoren indirekt niet alleen door 1 waaien uitlaatgassen, maar wegen
"doorsnijden gebieden welke voordien hun aantrekkelijkheid putten uit de rust, die het
"gevolg was van het niet in de nabijheid zijn van druklce wegen.
"Onze fralctie zou dan ook graag zien, dat er gestreefd wordt naar Jcleine rekreatiepro-
"jelcten, diclit bij huis, gericht op de behoeften van de plaatselijke bevolking.
"Sen a,lgemeen gebruik door aile groepen uit de bevolking wordt daardoor beter mogelijk
"en de vervoersbehoefte neemt af»
"De bevordering van de strandrelcreatie langs de Priese Uaddenkunst, waarbij de Noordduitse
"lcust als voorbeeld zou moeten dienen, wijzen vrij af op grond van de waarde die aan een
"natuurlijk milieu als de Uaddenzee dient te vrorden toegekend. En^kele steunpunten voor
"dagrelcreatie van lclein oppervlak en goed gespreid langs de kust anliten vrij wel toelaatbaar.
"Ook hierbij moet gedacht worden aan de plaatselijke bevolking. Omdat het achterland volgens
"de nota niet voldoende relcreanten zal opleveren, kan de relcreatie langs de kust ook alleen
"maar bedoeld zijn voor de plaatselijke bevolking.
"Het betreldcing tôt de gemeente Leeuwarderudeel achten vrij het noodzakelijk dat de reeds
j "aanwezige aanirekkelijlce punten in deze gemeente worden versterkt. Uij denken daarbij aan
"het bevaarbaar malcen en houden van de vaarten naar de Dokkumer Ee. Een weg welke van
"noord naar zuid het oudland door-kruist, achten vrij een inbreulc op de daar aanwezige rust.
"Behoud van die rust achten vrij dan oog erg belengrijk.
"De aanleg van een fietspad langs de Dokkumer Ee met de mogelijlcheid om daar te vissen, zou
"onze fralctie toejuichen.
"Ook voor invaliden zou het viswater bereikbaar moeten worden gemaakt.
"Haar de mening van onze fralctie dient er een onderzoek te vrorden ingesteld na,ar de moge-
"lijkheid van de aanleg van lcleine jachthavens of het malcen van geschikte aanlegsteigers
"voor pleziervaartuigen van bescheiden omvang, in of in de buurt van de Dokkumer he.
"Realisering van relcreatiemogelijlcheden in en om de dorpen zien vrij ook als punten welke
"in het struktuurplan tôt uiting zouden moeten koraen.
"Enlcele punten vie lice ver sterlet zouden kunnen vrorden, zijn de Ilartena- en Dekemastate en
"de vele volkstuinkompleksen.
"Aanleg van wandelpaden rond de dorpen en het instandhouden van de oude kerkepaden zien
"vrij ook als bpdrage aan de openluchtrelcreatie.
J.Daixi
P. de Haan
J. ICamminga
P. Stolte-v, d. iîeulen
U. Visser
