De heer Scholtus stelt de subsidiëring van 8-88 aan de orde. Zijns inziens ncet de subsidie worden aangepast tôt het nivo, waarop ze gewoonlijk wordt verstrekt Naar aanleiding van de vragen van de heer de Haan zegt de voorzitter, dat juridisch advies is gevraagd, aidât er aan wordt getwijfeld of de minister wel bevoegd was een dergelijke brief te schrijven. Verder deelt hij mode, dat met dorpsbelangen Hijum is gesproken over de opvulling van de plaats waar vroeger het café van Toor heeft gestaan, verder is er gesproken over de SkilweiHij wijst er op, dat er saneringsplannen in voorbereiding zijn bij de StedebouwkundigeZijns inziens be- staat er geen nocdzaak de werkgroep beschemd dorpsgezicht an te tumen, daar nog wordt gewerkt aan de qpstelling van een beschemd dorpsgezicht voor Jelsur;. Hij is voorts van mening, dat het is toegestaan af te wijken van de normale sub- sidieregelingvooral als dit is overeengekcmen met 8-88. Overigens wijst hij er op, dat er besprekingen zullen worden gevoerd met 8-88 (o.a. aanstelling 4e beroepskracht)waarbij ook deze problematiek zeker aan de orde zal komen. De heer Scholtusi "Ik ben het er mee eens, dat er overleg moet zijn, maar de sub- sidies zijn primair een zorg van de overheden". Voorzitter s'Dat is zo, maar ja wilt toch wel eens weten, waarvoor we zitten te te subsidiëren" Betreffende de paragraaf bejaardenzorg meent de heer Visser te weten, dat er een brief is binnengekcmen waaruit blijkt, dat de vervanging van het bestaande rust- huis niet urgent is, waardoor de vervanging hiervan onderaan de lijst is kcmen te staan. Hij wil graag weten of dit inderdaad zo is en zo ja, of het dan niet wenselijk is dat de raad hiercmtrent een brief aan Gedeputeerde Staten schrijft. De voorzitter zegt, dat er geen sprake van is, dat de bouw van een nieuw rusthuis onder aan de lijst zou zijn gekcmen. Wel moet er een nieuw onderzoek worden inge- steld, maar dit geldt voor aile plannen. De heer Scholtus merkt op, dat burgemeester en wethouders er zich met de consta ter ing, dat do bejaarden in het algemeen genanen wel tevreden zijn, toch wat simpel van afinaken. Hiema gaat hij over tôt het citeren van een gedeelte van het rapport outrent dit probleem van de gemeente Leeuwarden. Hiem.it blijkt, dat slechts behoefte zou be- staan aan de bouw van één bejaardentehuis, indien het open bejaardenwerk goed zou funktioneren. Funktioneert dit niet goed, dan bestaat er behoefte aan de bouw van negen. Hij zegt geen voorstander te zijn van overbodige voorzieningen, maar vindt het welncodzakelijk, dat burgemeester en wethouders de vinger bij de pois houden De voorzitter zegt, dat dit laatste ook zeker zal worden gedaan. De heer Jansma wijst er op, dat outrent deze aangelegenheid uitvoerig in de sec- tievergaderingen is gesproken. Hij vraagt zich daarcm afof het wel nodig is dat in deze vergadering dit hele probleem weer wordt opgerakeld. De heer Faber merkt op, dat de lange verhalen van de P.v.d.A.-ers hem beginnen te vervelen. Hij vraagt zich afhoe de kollega-raads?eden hierover denken. De heer Bak zegt, dat het hier geen Bolswarder toestanden moeten worden. De heer Visser; "Hjir meitsje ik biswier tsjin. Ik loek it mij tige oan, cm mei Stef de Haas forgelike to wurden" De heer Bak; "Dat is u\i verantwoordelijkheid. De naam van Stef de Haas heb ik niet genoemd, iJc heb gesproken over BolswardS!

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1975 | | pagina 16