Agendapunt 16
Voorstel 75/ 72
Onderwerp; Stiens, 15 april 1975.
toetreden tôt de gemeenschappelijke
regeling Gerneenschappelijk Centrum
van de Onderwijsbegeleidingsdiensten
in Friesland.
Aan
de gemeenteraad
Sedert het jaar 1970 worden in de provincie Friesland voorbereidende werkzaamheden
verricht om te konen tôt een voor de gehele provincie werkzame organisatie op het
gebied van de cnderwijsbegeleiding.
De bij de onderwijsbegeleiding in Friesland betrokken organisaties zijn tenslotte
tôt de conclusie gekcmen, dat een gemeenschappelijke regeling, aan te gaan tussen
de gemeenten en de organisaties van de besturen van bijzondere scholen voor kleutery,
basis- en buitengewoon onderwijs, de voor dit doel beste rechtsvorm is.
In oktober 1973 kwam een ontwerp-gemeenschappelijke regeling tôt stand. Op basis
van de ontwerp-regeling werd toen ook een voorlopig bestuur samengesteld, waarbij
het algemeen beheer van het gerneenschappelijk centrum in oprichting berust.
Vervolgens werd bij schrijven van september 1974 door het voorlopig bestuur aan
de raden van de gemeenten in Friesland en aan de organisaties van de besturen van
de bijzondere scholen in Friesland verzocht de gemeenschappelijke regeling voor de
onderwijsbegeleiding aan te gaan.
Voor het tôt stand komen van een doelmatig opgebouwde en voldoende gefinancierde
onderwijsbegeleiding is het mede in verband met de in het vooruitzicht gestelde
rijkssubsidie nocdzakelijk, dat de Friese gemeenten tôt deze regeling toe treden en
daarmee de financiering van het werk meehelpen verzekerer..
Een exenplaar van de ontwerp gemeenschappelijke regeling doen wij u hierbij toekcmen,
evenals een toelichting betreffende de opzet van het onderwijsbegeléidingswerk.
Uit deze stukken mcge u blijken, dat de essentie van de regeling is te kcmen tôt
een totaal opzet voor onderwijsbegeleiding in Friesland. Aan het gerneenschappelijk
centrum in oprichting is de taak toegedacht cm het onderwijsbegeleidingswerk te or--
ganiseren en te bevorderen op de wijze als in artikel 3 van de regeling is aangegeven.
Voor de organisatorische struktuur is uitgegaan van de vorming van een aantal régionale
diensten en een gerneenschappelijk centrum als overkoepelend orgaan van deze diensten.
Deze régionale diensten zullen tôt stand moeten kcmen door middel van het aangaan van
een qemeenschappelijke regeling door de gemeenten van nog in dit verband in te delen
régions,waarbij overleg moet plaats vinden met het bestuur van het ganeenschappelijk
centrum.
Als overgangsfase zal volgens hoofdstuk III van de regeling tôt een nader door het
bestuur van het gerneenschappelijk centrum te bepalen tijdstip niet alleen de coordi-
natie maar ook de uitvoering van het onderwijsbegeleidingswerk in Friesland van de
Federatie voor Kind en School en het Pedagogysk Adviesburo fan de Fryske Akademy over-
genemen worden door het gerneenschappelijk centrum, terwijl de Leeuwarder Schooladvies-
dienst voorlopig zelfstandig blijft werken.
Met betrekking tôt de uit het aangaan van deze regeling voortvloeiende kosten kan wor
den qpgemerkt, dat kan worden gestart vanuit een beginsituatie, op basis van een mi-
nimum-pakket van schoolbegeleiding waarvan de kosten worden geraamd op f 4,per
inwoner.
Voor dit bedrag kan in een werkgebied van plm. 20.000 inwoners, cmvattende plm. 40 kleu-
terscholen en basisscholen, de mahkracht bestaan uit een onderwijsbegeleider en een
assistent. Verder kan in een dergelijk werkgebied dan nog gébruik worden gemaakt van
een psycholoogcf andere specifieke deskundige voor 30 35 dagen per jaar, een psycho-
loog voor het toelatings-begelcidingc- en afsluitingsonderzoek t.a.v. leerlingen die
aangemeld worden vcor het kuitençewcon lager onderwijs, begeleiding van de tweetalge
scholen, begeleiding van programma's, die vcortvloeien uit de specifieke culturele
situatie van het gebied en begeleiding bij de Friese Schoolradio en teleschoolbordlessen.