Belâstingtarief
Vrijstellingen
- 4
Die nieuwe heffingsgrondslag wordt vastgesteld op
de onderstelde waarde in het economische verkeer,
welke in aanmerking zou zijn genomen, indien die
bouw, afbraak of bestemmingsverandering zijn beslag
bad gekregen bijde aanvang van het evenbedoelde
tijdvak. Alsdan treedt die opnieuw vastgestelde hef-
ingsgrondslag in de plaats van die welke op de
voet van het eerste lid laatstelijk is vastgesteld
en vindt voor het eerst toepassing voor het be-
lastingjaar volgendo op dat waarin die wijziging
van de waarde in het economische verkeer is in^e-
tredén.
Artikel 6»
1" I0aT e^e volle f 3.000,van de -heffingsgrondslag
bedraagt de belasting bedoeld
1. in artikel 1, letter a. f 6,90
2. in artikel 1, letter b. 8,60
2, Belastingaanslagen van minder dan f 10,worden
niet opgelegd.
Artikel 7.
1. Behoudens het bepaalde in het 2e lid wordt een in
artikel 1 bedoelde belasting niet geheven terzake
van:
a. gebouwde eigendoramen, met inbegrip van de onder-
grond en van hun gebouwde en ongebouwde aanhorig-
heden, welke in hoofdzaak zijn bestemd voor de
openbare eredienst of voor het houden van open-
bare bezinningssamenkomsten in de zin van de
artikelen 13 en 14 van de Ne Premie Kerkenbouw
(Staatsblad 538 van 1962);
b. ongebouwde eigendoramen welke deel uitmaken van op
de vcct van de Natuurschoonwet 1928 (Staatsblad 63)
aangewezon landgoederen, met uitzondering van
aanhorigheden van gebouwde eigendommen;
c. natuurterreinen, waar onder begrepen duinen, heide-
velden, zandverstuivingon, moerassen en plassen,
welke door rechtspersoonlijkheid bezittende instel-
îngon die zich uitsluitend of nagenoeg uitsluitend het be-
houd van natuurschoon ten doel stellen, worden beheerd5
d. straat-meubilairwaaronder worden verstaan aile
zodanige gebouwde eigendommen -niet zijnde gebouwen-
welko zijn geplaatst ten gerieve of in het belang
van het publiek, ten dienste van het verkeer of
er verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten,
verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten^
fonteinen, banken, abri's, hekkeh, païen,»
e. plantsoenen, parken en waterpartijen bij de gemeente
m eigendom of beheer;
f. begraafplaatsen en urnontuinen5
g. openbare land- en waterwegen en banen voor openbaar
vervoer por rail, één on ander met inbegrip van
kunstwerken, zoals viaducten, aquaducten, bruggen,
tunnels en sluizen;