Agendapunt 4 Voorstel 76/ 3 Onderwerp uitvoering kleuteronderwijswet. S t i e n s^ 22 december 1975» Aan de gemeenteraad. Ingevolge artikel 47» 1e lid van de Kleuteronderwijswet, moet in gemeenten, waar één of meor openbare kleuterscholen bestaan, de gemeentoraad jaarlijks voorlopig vaststellen: a. het bedrag, dat de gemeente in het voorafgaande kalenderjaar, terzake van de in artikel 38, onder h en i bedoelde kosten (die van het onder- houd van de schoolgebouwcn en die van verlichting, verwarming en schoonhouden van schoolgebouwen) voor die scholen werkelijk heeft uitge- geven; b. het bedrag, dat van rijkswege over het betrokkon kalenderjaar was be- schikbaar gesteld ter bestrijding van de onder a bedoelde uitgaven; c. zonodig het verschil tussen de onder a en b bedoelde bedragen; d. het bedrag, dat de gemeente in eerder bedoeld kalenderjaar terzake van de in artikel 38 onder j t/m 1 bedoelde kosten (die van het onderhoud van de schoolmeubelen, het ontwikkelingsmateriaal, de hulpmiddelen en schoolbehoeften, voorzover die aanschaffing strekt ter vervanging van ontwikkelingsmateriaal en hulpmiddelen, die tengevolge van langdurig gebruik niet meer kunnen worden gebruiktof tôt aanvulling van de voorraad van schoolbehoeften, in verband met vermindering door gebruik, alsmede aile andere uitgavon, ter verzekering van de goede gang van het onderwijs) voor die scholen werkelijk heeft uitgegeven; e. het bedrag, dat van rijkswege over het betrokken kalenderjaar was be- schikbaar gesteld ter bestrijding van de onder d bedoelde uitgaven; f. zonodig het verschil tussen de onder d en e bedoelde bedragen, Uit het hierbijgaande ontwerp-besluit -dat wij u ter voorlopige vaststelling aanbieden- blijkt, dat voor het onderhoud, verlichting, verwarming en schoonhouden van schoolgebouwen weer veel meer is uitgegeven, dan daarvoor door het Rijk beschikbaar is gesteld, wat ieder jaar het geval is en wat de overige materi'éle exploitatiekosten betreft, zoals het aanschaffen van ontwikkelingsmateriaal enz,dat daarvoor in 1974 00k m6<5r is uitgegeven, dan daarvoor door het Rijk beschikbaar is gesteld, maar dat het verschil daarbij zo groot niet is. Burgemeester en wethouders van Leeuwarderadeel, de secretaris de burgemeester J.P. VAN DER KOOI H. BOSCHMA

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1976 | | pagina 45