- 2 De minderheid daarentegen is van oordeel dat ondanks het standpunt van Gedeputeerde Staten deze mogelijkheid wel moet worden geschapen. Deze minderheid wijst er op, dat Gedeputeerde Staten stellen, dat romneyloodsen door dat kollege in het algemeen zowel stedebouwkundig als landschappelijk onaanvaardbaar worden geacht. Wanneer dit in het algemeen wordt gesteld, dan kunnen er uitzonderinggevallen moge— lijk zijn. Daarover kan dan de plaatselijke overheid oordelen. Verder vraagt de minderheid zich af of Gedeputeerde Staten de bevoegdheid bezitten een bepaald beleid vrij plotseling om te buigen. Dit dient naar haar oordeel zonodig tôt aan de Kroon te worden uitgezocht. Tenslotte wil zij u er nog op wijzen dat in gemeenten die wel over een goedgekeurd bestemmingsplan voor het buitengebied beschikken zoals b.v. Leeuwarden— de bouw van romneyloodsen niet kan worden verboden. Een algemeen verbod op romneyloodsen zal dus nooit voor de gehele provincie kunnen gelden. De minderheid stelt u voor de mogelijkheid tôt de bouw van romneyloodsen wel in het bestemmingsplan buitengebied op te nemen. Indien door uw raad het voorstel van de minderheid wordt aanvaard en de mogelijk heid tôt de bouiv van romneyloodsen in het bestemmingsplan buitengebied moet worden opgenomendan ghven wij u in overweging dit in een afzonderlijk wijzigingsvoorstel van het bestemmingsplan buitengebied te regelen, zulks om te voorkomen, dat door de onthouding van de goedkeuring van een deel van het bestemmingsplan, de algohele goedkeuring van het plan langer wordt opgehouden dan noodzakelijk is. Burgemeester en wethouders van de secretaris Leouwarderadeel de burgemeester J.P. VAIT DER KOOI H. BOSCHMA

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1976 | | pagina 18