Artikel 3,
1Da boekhouding wordt ingericht en gevoerd naar de beginselen van dubbel
boekhouden en moet een nauwkeurige en volledige verantwoording geven van
aile bezittingen, schulden, baten, lasten, ontvangsten en uitgaven van de
dienst.
2. Burgemeester en wethouders kunnen r.adere voorschriften geven oratrent het
inrichten en bijhouden van de boekhouding.
Artikel 9.
1. Ten behoeve van de dienst wordt bij de gemeente een rekening-courant geopenn
2. Aile ontvangsten en betalingen van de dienst worden rechtstreeks ten gunste j
dan wel ten laste van de in het eerste lid bedoelde rekening-courant gebracht.
3. Voor betalingen, door de gemeente ten laste van de rekening-courant te boek^n
worden geen bevelschriften tôt betaling als bedoeld in artikel 261 der gemeen-
tewet afgegeven.
4. Joor in rekening-courant gestorte en opgenoman bedragen wordt tuesen de gemeen
te en de dienst rente verrekend raar dezelfde percentages naar welke de ge
meente rente wordt vergoed of in rekening gebracht voor debet- en creditsaldi
op haar rekening-courant bij de N.V.Bank voor Nederlandsche Gemeenten te '«—3*
venhage.
Artikel 10.
1Betalingen ten laste van de dienst geschieden on schriftelijke opdracht van
ae administrateur.
2. Da administrateur geeft geen betalingsopdrachten af dan nadat deze zijn gefiat
teerd door de voorzitter van het dagelijks bestuur van de beheerscommissie of
het m dat bestuur zitting hebbende lid van het collège van burgemeester en
wethouders.
-
Artikel 11
1. De administrateur draagt zorg, dat aile inkomsten van de dienst tijdig worden
mgevorderd.
2, Hij ziet er op toe» dat de door hem verstrekte betalingsopdrachten tijdi<» wor~
dan uitgevoerd.
Artikel 12.
van ^et bepaalde in het tweede lid van artikel 9 en in artikel 10
tan de înnmg van met name aan te wijzen ontvangsten en het doen van betalingen
tôt gennge bedragen waarvan de vbldoening geen uitstel gedoogt onder toezicht
van de administrateur door burgemeester en wethouders worden opgedragen aan
een of meer subkassiers.
2. Zonodig kan de subkassier kasmiddelen opnemen op een schriftelijke aanvrace
welke door de administrateur voor akkoord is getekend.
3. Bij ongesteldheid, afwezigheid, schorsing of ontstentenis wordt de subkassier
vervangen op door burgemeaster en wethouders te bepalen wiize.
Artikel 13.
De administrateur ziet er op toe, dat kasmiddelen die een door burgemeester en
wethouders te bepalen bedrag overschrijden, door de subkassier zo sooedig mogelijk
worden gestort in rekening-courant bij de gemeente.
Artikel 14.
De bevoegdheden en verplichtingen van de subkassier worden voorzover zij niet «1-
ders zijn omschreven, neergelegd in een door de beheerscommissie onder goedkeuring
van burgemeester en wethouders vast te stellen instructie.
j
f -
-i i f vr