De voorzitter meent dat de "burger de enige schuldige is aan de illégale vuil- storting» Hi.j meent dat de burger de taal van de gemeente, die een service op dit puni biedt die zijn weerga ni et heeft, niet verstaat. Hij ziet niet veel heil in het plaatsen van een container op het terrein van de dienst gemeente werken, temeer daar oolc gelegenheid bestaat pro deo huisvuil af te leveren bij de vuiïopSlagte St. Annaparochie. Verder zegt hij dat over een ander systeem van tarievering is gesproken. Hij ïjijst er op dat hier uel haken en ogen aan zitten en vreeoi dat het invoeren hiervsun adninistratief zo duur gaat uorden dat de kocten niet meer tegen de batën opuegen. Naar zijn raenlng is er op dit moment geen aanleiding een ui j~ ziging door te voeren. j. De heer Tulner merlct op, dat het CSV AN niet uef-kt zoals uel is voorgespiegeld. Hij meent uit de beantwoording van de verschillende vragen te hebben begrepen, dat geen zekerheid kan uorden gegeven, caar dat er slechts hoop is dat ailes naar uens zal gaan. De voorzitt_e.r repliceeri, dat de veruerking van de aanslagbiljetten onroerend goedbelasting niet te vëruijten valt aan het CEVAN maar aan het Rijksçomputer-- bentrutoï Laatstgenoemd centrum kan op dit moment de veruerking niet aan. De heer Dam meent dat 'op de uitgaven ten behoeve van dé brandweer niet be- zuinigd moet rrorden omdat dit ten koste zal lcunnen gaan van mensenlevens. De voorzitter zegt blij te zijn met deze opmerking. Hij konstateert verder da.t de brandireer goed funlctioneert al valt er natuurlijk altijd uel één of andere kleine onvolkomenheid te konstateren. De heer de Haan meent dat het antvooix^ op zijn vraag of het ook mogelijk is dat de overschotten op de post gladlieidbestri jding worden overgeboekt naar een afzonderlijke reserve lariekoelc is. Naar zijn mening is een afzonderlijke re serve minstens zo overzichteli jlc als de saldi-reserve. Wethouder Soeçboer wijst er op, dat uanneer aile3 wordt uitgesplitsthet overzicht verloren gaat. De heer Faber zêgtdat het antuoord op de vraag of het mogelijk is overleg te doen plaatsvinden tussen de directeur van gemeenteuerken en het personeel van die dienst, onlogisch is omdat het zijns inziens niet mogelijk is dat de directeur van gemeenteuerken voor een heel jaar een uerkschema kan opstellen. De heer Jansma zegtt dat de bedoeling van zijn vraag is dat de wethouder van Openbare Iferken de zalcen niet alleen doomeemt met de staf, maar bij tijd en wijle ook met het gehele personeelzodat ook de mensen van de buitendienst een globaal inzicht in de te verrichten uei'kzaamheden I:rijgen. Uethouder Soepboer zegt toe na te zullen gaan of een dergelijk' overleg te re- aliseren valt. 3 - 2 000 m. De heer Faber merlct op, dat op zijn vraag of het mogelijk is dat uoningen van de uoningstichting aan de huurders uorden verkocht min of meer negatief is ge- reageerd,. Hij betuijfelt of de inventarisatie van enlcele jaren terug nu nog geldt. De heer de Haan zegt dat de uitspraak van de heer Faber door zijn fraktie uordt >nderschreven. Met narae uat betreft de oudere i.roningen van de uoning- stichtingis zijn fraktie er voor dat deze uorden overgedragen aan de huurders.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1976 | | pagina 22