- 2 -
Artikel 4.
Burgemeester en wethouders regelen het secretariaat van de commissie.
v r Artikel 5.
1. De leden en de plaatsvervangende leden treden af op het tijdstip, waarop
zij ophouden lid te zijn van de gemeenteraad
2. Ket lidmaatschap dan wel het plaatsvervangend lidmaatschap eindigt voorts
op eigeh. verzoek.
3. Tussentijdse vacatures worden zo spoedig mogelijk vervuld met inachtneming
van het bepaalde in artikel 3.
Titel III.
Bezwaarchr if ten.
Artikel 6„
1. Ket in de Wet administratieve rechtspraak overheidsbeschikkingen bedoelde
bezwaarschrift dient - onveminderd het bepaalde in artikel 13, laatste vol-
zin, van deze Uet - gemotiveerd en door de belanghebbende ondertekend, te
worden ingediend bij de gemeenteraad, binnen 30 dagen na de dag, waarop de
beschikking gegeven is, of geacht wordt geweigerd te zijn.
2. De gçmeentesecretaris stuurt het bezwaarschrift zo spoedig mogelijk door
naar het secretariaat van de commissie.
3. Indien het bezwaarschrift onjuist is geadresseerd wordt nifettemin aangenomen,
dat het is gericht aan de gemeenteraad.
Artikel 7.
De voorzitter draagt er zorg voor, dat de behandeling van het bezwaarschrift
ter zitting van de commissie genoegzaam wordt voorbereid.
Artikel 3.
1Aile q> het bezwaarschrift betrekking hebbende stukken worden voor de indiener
van het bezwaarschrift en zijn gemachtigde ter geraeentesecretarie kosteloos
ter inzage gelegd, gedurende een termijn van zeven dagen; het secretariaat
doet van de nederlegging schriftelijk meded^ling aan de indiener van het be
zwaarschrift.
2. De indiener van het bezwaarschrift en zijn gemachtigde kunnen van de in het
vorige lid bedoelde stukken tegen vergoeding van de kosten afschriften ver-
krijgen.
3. De in het eerste en tweede lid bedoelde gemachtigde moet een schriftelijke en
door de indiener van het bezwaarschrift ondertekende machtiging overleggen,
i_enzij Hj als advocaat of procureur is ingeschreven of de indiener van het
bezwaarschrift met de gemachtigde verschijnt.
Titel IV.
Iloorzitting
Artikel 9.
1. De voorzitter belegt zo spoedig mogelijk na de in artikel 8, eerste lid, ge-
noemde termijn een hoorzitting van de commissie.
i
