Huidige zienswijze.' In de vergadering van 4 april 1978 heeft de Kommissie RuimtelijKe Ordening zich bezig gehouden met de vraag of het wenselijk is, dat het plan m.b.t. de z.g.n. overhoeksn wordt uitgevoerd. Deze vraag resulteerde o.m. uit een rapport van de administrateur van het grondbedrijf over de fors stijgende boekwaarden van de betreffende grondsn. Aan.de discussie in gemelde kommissie lag mede ten grondslag een advies van het stedebouwkundigburo. Door de stedebouwkundige wordt in zijn advies thans aangavoerd, dat de aanleg van een woonwijk ten oosten van de Griene Leane tôt gevolg zal h8bben dat de relatie van Britsum met de groep boerderijen ten oostan van Stiens verdwijnt. Ook zou uitvoering van dit plan tôt gevolg hebben, dat hat dorp Britsum niet meer als zelfstandig landschappelijk element zou wordan ervaren. Op grond van lanschappelijke overwegingen - dezs kwamen ook naar voren in de beslissing van Gedeputeerde Staten terzake van d'Oriënt II - kwam de stede bouwkundige tôt een negatief advies. In grote meerderheid kon da kommissie Ruimtelijke Ordening zich met dit advies verenigan en zij advissart ons kollege dan ook uw raad voor te stellen van deze plannen af ta zien. Ook door de interne adviseurs wordt deze mening gedeald. Na ean uitvoerig intern beraad zijn wij tôt de konklusie gekomen, dat het op grond van de huidige inzichten beter is vooralsnog van de aanleg van een beschsiden woonwijk ten oosten van de Griene Leane af te zien. Deze mening wordt ook onderschreven door de meerderheid van dB leden van de kommissie Openbare Werken en verkeerszaken. Aangekochte grond t.b.v. d'Orient II. Zoals reeds vermeld, vertegenwoordigt de reeds aangekochte grond ten oosten van de Griene Leane een boekwaarde van ongeveer f 360.000,psr 1 januari 1979. Gezien in het licht van het bovenstaande moet d8 vraag worden gesteld, wat met de aldaar liggende grond moet gebeuren. De keuze mogelijkheid is wat dit betreft niet zo erg ruim, te weten verkopen of in eigendom behouden. Onze voorkeur gaat uit naar het voorlopig in eigendom behoudBn van deze gronden. Ten aanzien hiervan hebben wij overwogen, dat wanneer dBze grond nu zou worden afgestoten en dat wanneer later zou blijken dat deze grond of een gedeel- te daarvan toch nog voor een bepaald doel nodig zou zijn, dat dan deze grond, gelet op de ligging, tegen een vrij hoog bedrag par m2 zou moaten worden teruggekocht. Bovendien menen wij, dat dBze grond eerst kan worden afgestoten, wanneer met zekerheid gesproken kan worden over de eindstruktuur van Stiens. Wij denken, dat tijdens of na de realisering van het plan Stiens-Noordoost hierover meer kan worden gezegd. Daarom lijkt het zinvol deze grond voorlopig in eigendom te behouden. Financiële konsekwenties Uitgaande van de huidige zienswijze en omdat de ondargrond en de aanleg van de Griene Leane vanaf de Trijehoeksdyk tôt aan de Lettingabrâge geheel ten laste van het bestemmingsplan Stiens-dOrient I is gekomen, lijkt het ons zinvol om ter voorlopige afronding van d'Oriënt I, een strook grond van 10 meter bread direkt ten oosten van genoemd deel van de Griene Leane over te boeken naar het bestemmingsplan Stiens-d"0riënt I.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1979 | | pagina 53