Nr. 81/28.
De raad van de gemeente Leeuwarderadeel
gelezen het schrijven d.d. 7 februari 1981 van de heer H.J.A.Bijlholt,
wonende Ljurkstrjitte 42 te Stiens, waarin hij beroep aantekent tegen
de weigering door burganeester en wethouders van een gevraagde bouwver-
gunning ten behoeve van het gedeeltelijk vergroten van zijn woning,
welke vergroting het aanbouwen van een berging en een garage aan de
woning betreft;
overwegende dat ter plaatse het bestarmingsplan "Stiens-dorp" van kracht
is en dat dit bestontraingsplan onder meer bepaalt dat het op gronden met
de besterrming erf, kategorie I niet toegestaan is gebouwen op te richten;
dat de plaats waar de heer Bijlholt voornemens is zijn bouwplan te realiseren
voor het grootste gedeelte voornoemde bestatming heeft en het bouwplan der-
halve 00k voor het grootste gedeelte in strijd is met het bestemningsplan
dat het karakter van het bouwplan niet met zich meebrengt, dat dit zodanig
gesplitst kan worden dat voor het gedeelte dat wel in overeenstemming met
het bestarmingsplan is, een bouwvergunning verleend kan worden;
voorts overwegende dat via toepassing van art. 19 van de wet op de Ruimtelijke
Ordening en art. 50, lid 8 van de Woningwet, nadat voor het onderhavige perceel
een voorbereidingsbesluit gencmen is, vrijstelling verleerxi kan worden van
bepalingen van een geldend bestarmingsplan waarbij vooruitgelopen wordt op
bepalingen van een nieuw bestarmingsplan, de door u gevraagde bouwvergunning
zou kunnen worden afgegeven;
dat hiertoe besloten zou kunnen worden wanneer het belang dat de heer
Bijlholt bij het realiseren van zijn bouwplan heeft, het verlenen van vrij
stelling van het geldende bestarmingsplan in het kader van een bestarmingsplan-
herziening, zou rechtvaardigen en dat dit belang zwaarder zou wegen dan het
belang van handhaving van het bestarmingsplan;
dat weliswaar indertijd de bouw van de woning van de heer Bijlholt in strijd
is geschied met het geldende bestarmingsplan en dat derhalve sprake zou
kunnen zijn van een situatie die het voeren van de eerder gencmen anticipatie-
procedure zou rechtvaardigen
dat op het erf van de woning van de heer Bijlholt nog ruimte aanwezig is
cm bij gebouwen op te richten zonder daarmee in strijd te handelen met het
bestarmingsplan;
dat daarmee weliswaar een stuk van de huidige tuin verloren gaat, maar dat
het belang van het onaangetast laten van deze tuin ondergeschikt is aan
het belang van de rechtzekerheid bij een juiste toepassing van de voor-
schriften van het geldende bestarmingsplan;
gelet op het advies van de karmissie van beroep en het voorstel van burge-
meester en wethouders d.d. 17 februari 1981, nr. 81/28;
