Voorstelnr. 81/ 105. OnderwerpStiens, 14 augustus 1981. voorbereidingsbesluiten t.b.v. de bouw van windmolens Aan de gemeenteraad Van verschillende Kanten zijn wij benaderd omtrent de mogelijkheden tôt de bouw van windmolens in deze gemeente. Het mag als bekend worden verondersteld dat windmolens zich bijzonder lenen als alternatieve energiebron in vergelijking tôt de, niet alleen steeds maar duurderder wordende maar 00k zeker schaarser wordende, fossiele brandstoffenHet vlakke en ruime landschap van de "klei" in samenspel met het zeeklimaat verzekeren dat er vrijwel altijd wind is als "brandstof" voor windmolens. In de geldende bestemmingsplannen is met bouwwerken als windmolens in het geheel geen rekening gehouden. Antennes en torensilo's zijn de enige wat hogere obstakels die daarin geregeld zijn. Wanneer danook aanvragen om bouwvergunning worden ingediend ten behoeve van de bouw van windmolens zullen de bouwvergunningen in verreweg de meeste gevallen uitsluitend verleend kunnen worden via toepassing van artikel 19 van de wet op de ruimtelijke ordening en artikel 50, lid 8, van de woningwet. Immers dient van geldende voorschriften vrijstelling te worden verleend en op toekomstige voorschriften vooruitgelopen te worden. Een en ander is alleen maar mogelijk indien voor het betreffende perceel een voorbereidings- besluit geldt. Met betrekking tôt de uiterlijke verschijningsvorm van windmolens in relatie met de direkte omgeving is door de Provinciale Friese Schoonheidscommissie een notitie uitgebracht. V.w.b. de inhoud van dit stuk mogen wij u verwijzen naar de raadsstukken alwaar het voor u ter inzage is gelegd. Ook in de commissie openbare werken, verkeerszaken en milieuhygiëne is de wind- molenproblematiek aan de orde gesteld. De commissie heeft geen enkele moeite met de bouw van windmolens buiten de bebouwde kom. Wel dient de nodige zorg besteed te worden aan veiligheidsaspectenDe commissie onderschrijft de opmerkingen van de schoonheidscommissie ten aanzien van windmolens binnen de bebouwde kom. Het wordt een juiste benadering geacht dergelijke aanvragen van geval tôt geval te bekijken. Wij kunnen ons met de zienswijze van de commissie openbare werken, verkeerszaken en milieuhygiëne verenigen. Nu vooralsnog vergunningen voor het oprichten van windmolens via de art. 19/500-procedure verleend moeten worden en zulks uitsluitend mogelijk is wanneer gedeputeerde staten van Friesland de nodige verklaringen van geen bezwaar hebben afgegeven, zullen wij dit collège vragen, teneinde de procédure zoveel mogelijk te bespoedigen, voor dergelijke gevallen een algemene verklaring van geen bezwaar te willen afgeven. Van de navolgende personen zijn aanvragen om een bouwvergunning voor een windmolen binnengekomen 1. de heer J. van der Meer, wonende aan de Harnsterdyk S te Stiens 2. de heer R. Miedema, wonende aan de Holdingawei 59 te Finkum 3. de heer L.M.A. Koenders, wonende aan de Slachtedyk 4 te Stiens Agendapunt 5.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1981 | | pagina 35