Agendapunt 8. Voorstelnr. 83/7. OnderwerpStiens, 3 januari 1983. Beroepschrift C. Roorda tegen weigering bouwvergunning Aan de gemeenteraad Bij besluit van 24 juni 1981 verleenden wij de heer C. Roorda, wonende Greate Buorren 21 te Britsum, vergunning voor het herbouwen van een hooiberging die door brand was verwoest. Bij een door bouw- en woningtoezicht uitgevoerde kontrôle bleek dat de hooiberging niet overeenkomstig de verleende vergunning was gebouwd. Zo was aan de westzijde een aanbouw verrezen waarvoor geen vergunning was verleend Op 24 augustus 1982 wezen wij de heer Roorda op deze overtreding en schreven wij hem aan de situatie in overeenstemming te brengen met die waarvoor wij hem vergunning verleenden. Hieraan voldeed de heer Roorda niet. Wel diende hij een aanvraag om bouwvergunning bij ons in teneinde het klandestien gebouwde gedeelte te legaliseren. Omtrent deze aanvraag hebben wij het volgende overwogen. In het ter plaatse geldende bestemmingsplan "Britsum" heeft de grond waarop de uitbreiding is gerealiseerd de bestemming "erf kategorie II" waarbinnen de bouw van bijgebouwen in principe wel mogelijk is. Nu het in het onderhavige geval om een erf gaat behorende bij een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw met de bestemming "bebouwingsklasse EO-a", mag, na vrijstelling, de oppervlakte van de gezamenlijke bij een eengezinshuis behorende bijgebouwen de 48 m2 niet overschrijden Nu zonder het illegaal gebouwde gedeelte de oppervlakte aan bijgebouwen de 100 m2 al overschrijdtis het ingediende bouwplan in strijd met het bestemmingsplan. □ok qua gebruik, namelijk agrarisch, is het gewenste bijgebouw in strijd met het bestemmingsplan nu dit ter plaatse een woonbestemming aan de grond geeft. Nu ook vanuit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening, er sprake is van een ongewenste situatie, gelet op de gebezigde agrarische aktiviteit, ingeklemd in een overwegend met burgerwoningen bebouwd gedeelte van het dorp, wordt een wijziging van het bestemmingsplan op dit punt niet wenselijk gevonden. Daar in artikel 48 van de woningwet is voorgeschreven dat een bouwvergunning moet worden geweigerd wanneer het bouwwerk waarop de aanvraag om vergunning betrekking heeft, in strijd is met het bestemmingsplan, hebben wij danook besloten de aanvraag om bouwvergunning te weigeren. Deze beslissing hebben wij vervat in ons schrijven aan de heer Roorda d.d. 19 oktober 1982. Op 16 november 1982 heeft de heer Roorda hiertegen een bezwaarschrift ingediend dat geacht moet worden een beroepschrift te zijn dat aan uw raad gericht is. Gelet op de datum van binnenkomst van het beroepschrift is de heer Roorda in zijn beroep ontvankelijk In zijn bezwaarschrift zegt de heer Roorda dat de door hem opgerichte opstal niet een uitbouw was maar dat het hier ging om vervanging van een bestaand berghok. - 2 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1983 | | pagina 41