- 2 -
c. in het geval, bedoeld in artikel 1, onder c.: de kosten van verbouwing, indien
deze uitsluitend of in hoofdzaak dient ter verfraaiïng en vermeerdering van de
waarde van het woonhuis;
d- in het geval, bedoeld in artikel 1, onder d.de schuldrest van de te converte-
ren lening.
Eén en ander met inbegrip van de op de bouw of aankoop vallende taxatie-, over-
drachts- of notariskosten.
Artikel 4.
a. het bedrag van de geldlening wordt terugbetaald in maximaal 30 jaren;
b. de aflossing dient bij wijze van annuîteiten of gelijke jaarlijkse termijnen
te geschieden;
c. de geldlening wordt verstrekt tegen de rente, welke de gemeente zelf op het
tijdstip van de kredietverlening voor door haar te sluiten geldleningen met een
zelfde looptijd als die van het bedoelde krediet, verschuldigd is of zou zijn;
d. de overeengekomen rente blijft gedurende de door de hypotheekgever gekozen ren-
tevastperiode ongewijzigd.
e. dezelfde voorwaarden zijn van toepassing als die welke de gemeente krijgt (zou
krijgen) opgelegd betreffende een door haar te sluiten geldlening;
f. de ambtenaar, genoemd in artikel 1, dient er mee in te stemmen, dat iedere maand
een twaalfde gedeelte van de door hem of haar jaarlijks verschuldigde rente en
aflossing, op zijn of haar salaris wordt ingehouden;
g. behoudens het gestelde in artikel 6 is een vervroegde aflossing van maximaal 10%
toegestaan op 31 december van elk jaar, mits hiervan veertien dagen vooraf
schriftelijk mededeling is gedaan aan burgemeester en wethouders.
Artikel 5.
De zowel aan de vestiging als aan de royering van de hypotheekakte verbonden kosten
komen voor rekening van de hypotheekgever.
Artikel 6.
a. indien het dienstverband wordt verbroken, wordt, behalve in geval van ontslag
met gélijktijdig pensioen, vrijwillig vervroegde uittreding of wachtgeld, de
lening in overleg met burgemeester en wethouders beëindigd.
b. wanneer bijverbreking van het dienstverband de leningsovereenkomst niet wordt
beëindigd, stellen burgemeester en wethouders nadere regels vast met betrekking
tôt de wijze, waarop voortaan betaling van rente en aflossing zal plaatsvinden;
c. de lening, dan wel het restant daarvan, wordt terstond geheel opeisbaar bij niet
of niet behoorlijke naleving van de voorwaarden, waaronder zij is verstrekt.
Artikel 7.
a. tôt onderpand van de geldlening verleent de hypotheekgever t.b.v. de gemeente
recht van eerste hypotheek op de grond, de daarop gebouwde of de te bouwen wo-
ning en de overige tôt het perceel behorende grond en de daarop gebouwde of te
bouwen opstallen;
b. in de krachtens het vorige lid opgemaakte hypotheekakte dienen ondermeer te wor-
den opgenomen de in artikel 3 en 5 genoemde voorwaarden en verder aile in een
normale hypotheekakte op te nemen bepalingen.
- 3 -