- 4 -
TOELICHTING OP DE MODEL-VERORDENING
Algemeen
In 1975 heeft de Vereniging van NederlandsÉ'. Gemeenten een model-
verordening betreffende de organisatie en het beheer van de
gemeentelijke brandweer uitgebracht.
Aan de totstandkoming ervan hebben meegewerkt de Koninklijke
Nederlandse brandweerverenigingde Algemene brandweervereni-
ging NVBC en de Inspectie voor het brandweerwezen.
De op 1 maart 1985 in werking getreden Brandweerwet 1985 (Stb. 87)
bevat in artikel 1, tweede lid, het voorschrift dat de gemeente-
raad de organisatie, het beheer en de taak van de gemeentelijke
bandweer bij verordening regelt.
Op grond van artikel 26, eerste lid, van de Brandweerwet 1985
zijn de gemeenten, voor zover nodig, gehouden de geldende
Organisatieverordening brandweer aan te passen aan de eisen
gesteld bij of krachtens deze wet.
Vergeleken met de uit 1952 daterende Brandweerwet zijn in dit
verband de volgende zaken van belang:
Met de inwerkingtreding van de Brandweerwet 1985 zijn de alge
mene bepalingen betreffende de brandweerzorg, die voordien
in hoofdzaak in de gemeentewet waren opgenomen, zoveel moge-
lijk in deze bijzondere wet ondergebracht
Overigens betekent dit geenszins dat er verandering is gekomen
in het systeem van bevoegdheidstoekenning op gemeentelijk
niveau. De raad behoudt met andere woorden zijn verordenende
taak, bij burgemeester en wethouders blijven het dagelijks
beheer en gezag over de brandweer berusten en de burgemeester
blijft belast met het opperbevel.
Het begin- en zwaartepunt van de verantwoordelijkheid voor
een goede brandweerzorg ligt, ook volgens de Brandweerwet 1985,
bij het gemeentebestuur
De technische ontwikkelingen, de toeneming van het aantal
bronnen van (brand)gevaar en de (voortdurende) wens het voor-
zieningenniveau te verhogen, hebben maatregelen vereist die
veelal de mogelijkheden van een enkele gemeente te boven gaan.
De hier bedoelde régionale samenwerking inzake de brandweer
behelst vooral het instellen en in stand houden van een régio
nale brandweeralarmcentralehet aanschaffen en onderhouden
van specifiek materieel, het adviseren over brandpreventieve
maatregelen en het verzorgen van opleidingen.
Belangrijke aspecten van de régionale samenwerking zijn voorts
het voorbereiden van de coordinatie bij de rampenbestrijding,
het onderling verlenen van bijstand en het regelen van de
feitelijke leiding over de brandweer bij het optreden in
groter verband.
De traditionele taak van de brandweer betreft de brandweer
zorg, dat wil zeggen datgeen wat thans in artikel 1, vierde
lid, onder a, van de Brandweerwet 1985 is omschreven als
"het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken
van brandgevaarhet voorkomen van ongevallen bij brand en al
hetgeen daarmee verband houdt
- 5