- 37 -
Artikel C 69
Vergunningaanvraag
1. Voor het verkrijgen van de vergunning moet een schriftelijke aanvraag
worden ingediend bij burgemeester en wethouders door degene die voor-
nemens is een recreatie-inrichting in te richten of te drijven.
2. Bij de vergunningaanvraag moeten de ter beoordeling daarvan benodigde
tekeningen en overige bescheiden worden overgelegd, waaronder een
beschrijving van de te verwachten geluidproduktie van de recreatie-
inrichting en van de maatregelen die de aanvrager zal nemen ter
beperking of voorkoming van geluidhinder
3. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen omtrent de
inhoud, de inrichting, de uitvoering, de vorm, het aantal en de wijze
van indiening van de vergunningaanvraag en de in het tweede lid
bedoelde bescheiden.
Artikel C 70
Ongenoegzaamheid van ingediende bescheiden
1. Indien de vergunningaanvraag, de tekeningen en overige bescheiden niet
voldoen aan de in of krachtens artikel 3 gestelde eisen of nadere regelen,
wordt de aanvrager van de vergunning in de gelegenheid gesteld binnen
twee weken, nadat hem dit is meegedeeld, de aanvraag aan te vullen of te
verbeteren.
2. Indien de vergunningaanvrager van de in het voorgaande lid bedoelde gelegen
heid geen gebruik naakt, kunnen burgemeester en wethouders aanvrager
in zijn aanvraag niet-ontvankelijk verklaren.
Van hun desbetreffende besluit zenden burgemeester en wethouders zo spoedig
mogelijk een afschrijft aan de aanvrager, onder terugzending van de
ingediende bescheiden.
Artikel C 71
Bezwaren
1. Burgemeester en wethouders dragen er zorg voor dat de vergunningaanvraag
zo spoedig mogelijk bekend wordt gemaakt in een of meer in de gemeente
verspreide dag-, nieuws- en/of advertentiebladen en voorts op de
gebruikeljke wijze.
2. De vergunningaanvraag wordt te zamen met de daarbij behorende bescheiden
gedurende een termijn van een maand ter inzage gelegd.
Ter inzage legging vindt in elk geval plaats ter gemeentesecretarie
3. Bij de bekendmaking overeenkomstig het bepaalde in het eerste lid wordt
vermeld op welke plaats en tijd de vergunningaanvraag kan worden ingezien.
Tevens wordt melding gemaakt van de bevoegdheid tôt het indienen van
bezwaren.
4. Gedurende de in het tweede lid genoemde termijn kan elke belanghebbende bij
burgemeester en wethouders gemotiveerde schriftelijke bezwaren inbrengen
tegen het verlenen van de aangevraagde vergunning.
Artikel C 72
Beslissingstermijn
1. Burgemeester en wethouders beslissen omtrent een aanvraag om de vergunning
binnen twee maanden na dedag waarop de aanvraag is ontvangen.
2. Burgemeester en wethouders kunnen de termijn van twee maanden, als bedoeld
in het eerste lid, met ten hoogste twee maanden verlengen.
Van hun daartoe strekkend besluit doen zij voor het verstrijken van de in
dat lid genoemde termijn schriftelijk mededeling aan de vergunningaanvrager.