vincie geen "Belgische toestanden" ontstaan. Dat belang - dat uitstijgt boven de gemeentegrenzen - kan op verschillende raa- nieren worden beschermdOnze voorkeur gaat uit naar een oplossing waarbij de bevoegdheid voor het gehele grondge- bied van de gemeente in één hand, bij het betreffende gemeente- bestuur, komt te liggen. Wij denken daarbij aan een, in overleg met de VFG op te stellen modelverordening, welke voor aile ge- meentebesturen als voorbeeld kan dienen. Deze verordening maakt het mogelijk om provinciale en gemeentelijke wensen c.q. belan- gen op elkaar af te stemmen. Het zal, na het voorafgaandedui- delijk zijn dat de provinciale belangen in het buitengebied spelen. Uit de modelverordening zal dienen te blijken dat deze belangen, die overigens geen "typische" provinciale belangen zijn, maar die ook door gemeentebesturen tôt de hunne kunnen worden gemaakt, zijn gewaarborgd. In het in opdracht van het provinciaal bestuur in maart 1985 door de Rijksuniversiteit Groningen en de Fryske Akademy uitgebrachte rapport "Waar trekken wij de grens? (decentralisatie van provinciaal beleid, ver- sterking van geraeenten?) wordt naar aanleiding van deze passages opge- merkt dat het aanbeveling verdient niet zozeer te letten op de aard van de gemeentelijke regelingen doch veeleer op de effekten daarvan. Gedepu- teerde staten hebben deze aanbeveling ter harte genomen. Een veilig stel len van het hierboven geschetste provinciaal belang in de model-verorde- ning zou toch weer leiden tôt te gedetailleerde en te starre regelgeving terwijl het juist de bedoeling is de kolleges van burgemeester en wethou ders een instrument in handen te geven waarmee soepel kan worden inge- speeld op plaatselijke situaties. Daarvoor is beleidsruimte nodig die al naar gelang de situatie ingevuld kan worden. Dat kan niet alleen van ge meente tôt gemeente verschillen, maar ook binnen een gemeente zal het mogelijk moeten zijn voor bijvoorbeeld het buitengebied een ander beleid te voeren dan voor bebouwde komraen. Vandaar dat in de model-bepalingen niet, zoals in de model-APV (artikel G 24) van de VFG en in de provincia le verordening opschriften en opslagplaatsen (artikel 4) is gedaan, een hele opsomming wordt gegeven van situaties waarin een ontheffing/vergun- ning niet nodig is. Gekozen is voor de weg die burgemeester en wethou- ders - naast de in het tweede lid genoemde situaties - de-mogelijkheid biedt gevallen aan te wijzen waarin het vergunningsvereiste niet van toe passing is. Op die manier worden ruime mogelijkheden geboden om te komen

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1988 | | pagina 49