Miinheer de vocrzitter, Colleoe van Saadsleden
Het lijkt noq maar kcrt geleden dat wij hier zaten or11 het belaid
van 1989 te besoreken.
Zo zia je maar wear dat da tijd sneller gaat dan als wij misschien
wel zouden willen.
Landelijk zijn er verkiezinqen geweest, die een andere reaerings—
nloea tot aevolg hebben qehad.
Wij verwachten geen soectaculaire veranderingenimmers alles is
betrekkelijk. zo looo je vooraan om loonsverhoging van 5 te
beoleiten en een oaar weken later vind je 24 al voldoende.
Dit is nu juist het verschil tussen meedenken en meedoen.
Maar dat zijn landelijke zaken, wij houden ons vooralsnog b^zig
met de gemeente politiek.
Wij willen net als voorgaande jaren, ook voor 1990 ons positief
opstellen voor wat betreft de samenwerking tussen alle politieke
partijen en het College van B&W, door constructief mee te denken
zijn wij ervan overtuiat dat ook het komende jaar een redelijk
goed jaar voor de Gemeenta kan zijn. Sen verschil van inzicht
mag niet leiden tot conflicten.
De bevolking van onze Gemeente zou hier niet mee gebaat zijn,
en juist die bevolking vertegenwoordigen wij.
Dat wil niet zeggen dat wij het hierbij laten, natuurlijk niet.
Ook wij hebben onze kritische opmerkingen en kanttekeningen en
uiteraard onze wensen.
Zoals U weet hechten wij veel belang aan een goed algemeen beheer,
daarbij dient vooral de kwaliteit naar voren geschoven te worden
in dat kader waren wij dan ook tevreden met Uw voorstel om op die
kwaliteit afgestemt beloningsbeleid te voeren.
Vraag 1: Hoe werkt dit in de praktijk.
2: Ook in-onze organisatie zullen werknemers zijn die minder
goed functioneren. Is het gevaar dan ook aanwezig dat be-
vordering naar een uitloop rang een automatischme wordt.
Ook is het van belang dat oo een verantwoorde wijze wordt geautoma—
tiseerd. Dat wil niet zeggen, automatiseren om te automatiseren.
Vraag 1: Wanneer kunnen wij van U een nota verwachten met een
kostenplaatje die NUT en Noodzaak tegenover elkaar steld.
Omtrent ooenbare orde en veiligheid zouden wij graag willen zien
dat er meer od de volgende punten wordt gelet.
1. Het rijden van fietsen en/of bromfietsen op wegen waar
dat niet mag. b.v.op de Menno van Coehoornweg'
2. Het niet in orde zijn van de verlichting.
3. Het te snel rijden binnen de bebouwde kom.
Zo zijn er nog veel meer voorbeelden te noemen.
Een wil ik U nog zeggen: Zou het ook nuttig zijn dat de maatregel
genomen in verband met de weg Leeuwarden—Stiens door het plaatsen
van 50 km borden tussen Cornjum en BritsumCJousenwei) gehandhaafd
blijven. Het blijkt dat het nu al zijn nut heeft gehad.
Blij zijn wij dat de weg Leeuwarden-Stiensof zullen we voortaan
zeggen Stiens-Leeuwarden in 1990 klaar komt. Het lijkt ons een
belangrijke verbetering.
Vraag Is het College bereid om het langzaam verkeer te stimuleren
gebruik te maken van de zogenaamde dorpenroete?