1
Toelichting Reglement medezeggenschap
Artike1 2
Het doel is dat de gemeentelijke organisatie als het ware wordt belegd
met Medezeggenschapskommissieszodanig dat iedere ambtenaar zich
vertegenwoordigd kan weten in een zodanige kommissie.
Lid 1
Uitganspunt is dat er per tak van dienst een Medezeggenschapskommissie
is. Sommige takken van dienst zijn echter zo groot en zijn organisa-
torisch zo duidelijk in onderdelen te scheiden dat het wenselijk kan
zijn meer kommissies per dienst in te stellen. Daarbij dient dan wel
lid 2. sub b. van dit artikel in acht te worden genomen.
Lid 3
In kleine organisaties kan het om praktische redenen gewenst zijn een
kommissie in te stellen die meer dan een tak van dienst bestrijkt. Dit
zou er in de kleinste gemeentelijke organisaties zelfs toe kunnen
leiden dat er slechts een Medezeggenschapskommissie is voor de gehele
organisatie
Lid 4
De hier bedoelde afwijkende dan wel aanvullende regels mogen vanzelf-
sprekend niet de bevoegdheden van de kommissie aantasten. Zij dienen er
op gericht te zijn de kommissie beter aan haar doel te laten beantwoor-
den. Zo zouden er bijvoorbeeld regels gesteld kunnen worden die er toe
leiden dat in een kommissie, ingesteld voor twee of meer takken van
dienst, elke tak van dienst zoveel mogelijk op evenredige wijze
vertegenwoordigd is
Artikel 3
De keuze van het aantal kommissieleden kan afhankelijk zijn van de
grootte van de organisatie en/of het verwachte aantal kieslijsten dat
zal worden ingediend. Overigens is de keuze voor een even aantal
kommissieleden - met name voor kleine Medezeggenschapskommissies - niet
direkt aan te bevelen omdat het de besluitvorming kan bemoeilijken.
Artikel 4
Dit artikel komt inhoudelijk overeen met artikel 126 d, lid 1, van het
Algemeen rijksambtenarenreglement (ARAR)
De positie van een lid van de Medezeggenschapskommissie is enigszins
tweeslachtig. Als kommissielid is hij een onafhankelijk vertegenwoordi-
ger van het personeel, anderzijds is hij als personeelslid onderge-
schikt aan het hoofd van dienst. Hierdoor kunnen spanningen ontstaan.
Het artikel beoogt het kommissielid tegen de eventuele gevolgen daarvan
te beschermen. De tekst van het artikel is overigens ruim genoeg om
niet alleen bescherming te bieden tegen bewuste benadeling.
Wanneer veel tijd besteed moet worden aan het kommissiewerk, bijvoor
beeld door voorzitters en sekretarissen van kommissies bij grote takken
van dienst, kan er gemakkelijk een achterstand ontstaan in aktuele
kennis van ontwikkelingen in het vak dat het kommissielid als ambtenaar
beoefent. Een nascholingsprogramma kan dan bijvoorbeeld op zijn plaats
zijn.