V
en de tijd we Ike
18. de belanghebbende heeft gewijd aan de verzorging van tot het buishouden van
belanghebbende behorende 0- tot 4-jarigen eigen-stief- of pleegkinderen,
tot een maximum van in totaal zes jaren (verzorgingstijd)
met dien verstande dat:
-een aanstelling voor een bepaald aantal uren per week gelijk geacht wordt
aan een aanstelling in volledige dienst;
-alleen die diensttijd in aanmerking wordt genomen welke bij het bevoegd
gezag desgevraagd is opgegeven binnen 1 maand na de datum waarop de aanstel
ling is ingegaan. Nadien opgegeven diensttijd wordt voor het vaststellen van
de afvloeiingsvolgorde niet meer in aanmerking genomen;
-bij samenloop van bovengenoemde betrekkingen of situaties de daarin door-
gebrachte diensttijd voor de toepassing van de afvloeiingsregeling slechts
eenmaal meetelt. De diensttijd behoeft niet aaneengesloten te zijn. Is men
in een betrekking als bedoeld onder 1 t/m 15 aangesteld en heeft men
gedurende die periode buitengewoon verlof genoten als bedoeld in het
Rechtspositiebesluit onderwijspersoneeldan telt die verloftijd als
diensttijd mee.
d. vaste aanstelling; aanstelling voor onbepaalde tijd;
e. tijdelijke aanstelling: aanstelling voor bepaalde tijd;
f. afvloeiing: tussentijds ontslag uit een tijdelijk dienstverband danwel
ontslag uit een vast dienstverband van belanghebbende op grond van opheffing
van de school of van een betrekking aan de school of wegens zodanige
veranderingen in de inrichting van het onderwijs, dat de werkzaamheden van
een of meer belanghebbenden overbodig worden;
g. OWBO/WBO-protocoleen voor de desbetreffende basisschool opgestelde lijst
die de onderlinge afvloeiingsvolgorde aangeeft van de belanghebbenden die op
1 augustus 1985 als groepsleraar in vaste dienst aan die basisschool zijn
verbonden en die op 31 juli 1985 aan een openbare kleuter- of lagere school
binnen de gemeente waren verbonden;
h. fusieprotocol: een voor de desbetreffende basisschool opgestelde lijst die
de onderlinge afvloeiingsvolgorde aangeeft van de belanghebbenden die de dag
voorafgaande aan de fusie als lid van het onderwijzend personeel aan een van
de bij de fusie betrokken basisscholen verbonden zijn en die op de dag
waarop de fusie is gerealiseerd aan de gefuseerde school in vaste dienst
zijn aangesteld;
i. verzorgingsprotocoleen voor de desbetreffende school per afvloeiingskate-
gorie opgestelde lijst die de onderlinge afvloeiingsvolgorde op 1 augustus
1991 aangeeft van de belanghebbenden die op 31 juli 1991 als lid van het
onderwijzend personeel aan de betrokken school verbonden zijn en op 1
augustus 1991 aan de betrokken school in vaste dienst zijn aangesteld;
Artikel 2. Afvloeiingsvolgorde
1. met inachtneming van het in het derde en vierde lid bepaalde vindt aan de
school afvloeiing plaats in de volgende volgorde:
a. eerst de belanghebbende met een tijdelijke aanstelling, met uitzondering van
de tijdelijk aangestelde ter vervanging;