Artikel 5. Tarief. De belasting bedraagt per jaar bij een waarde in het economisch verkeer van minder dan f 20.000,--, f 321,80. Bij een waarde in het economisch verkeer van f 20.000,-- en daarboven bedraagt de belasting f 321,80 vermeerderd met 3,5 0/00 van het bedrag, waarmee de waarde in het economisch verkeer f 20.000,-- te boven gaat. Artikel 6. Wiize van heffing. De belasting wordt geheven bij wege van aanslag. Artikel 7. Aangifte. 1. De voor het doen van aangifte te stellen termijn en de voor de aanmaning tot het doen van aangifte in acht te nemen termijn belopen tenminste veertien dagen. 2. De belastingplichtigeaan wie niet binnen een maand na afloop van het belastingjaar een aangiftebiljet is uitgereikt, is gehouden binnen veertien dagen na afloop van die maand bij burgemeester en wethouders een schriftelijk verzoek in te dienen om uitreiking van een aangiftebiljet. Artikel 8. Aanmeldingsplicht. Een belastingplichtige die voor de eerste maal een gemeubileerde woning in de zin van artikel 1 beschikbaar houdt is verplicht om dat binnen een maand na aanvang te melden aan burgemeester en wethouders. Artikel 9. (Overdracht van bevoegdheden) Burgemeester en wethouders kunnen 66n of meer gemeente ambtenaren aanwijzen die in hun plaats treden met betrekking tot de uitvoering van enige wettelijke bepaling betreffende de heffing en invordering van het in artikel 1, bedoelde belasting. Artikel 10. Nakoming van vernlichtingen. De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de Algeme- ne wet inzake rijksbelastingen en de artikelen 58 en 61 van de Invorderingswet 1990 gelden mede jegens de door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren der gemeentelijke belastingen. Artikel 11. Vriistelling invorderingsrente bii uitstel van betaling. Ingeval op voet van artikel 25 van de Invorderingswet 1990 uitstel van betaling is verleend wordt geen invorderingsrente in rekening gebracht indien deze voor alle op 66n aanslagbiljet vermelde aansla- gen gerekend over de volledige looptijd van het genoten uitstel in totaal een bedrag van f 50,-- niet te boven gaan.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1991 | | pagina 79