4. Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belas-
tingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel
in feitelijk gebruik neemt.
Hoofdstuk III - Reinigingsrechten
Artikel 5 - Belastbaar feit
Anders dan voor de dienst als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de
Afvalstoffenwet worden onder de naam reinigingsrechten rechten geheven voor
het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, en
voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen,
werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of onderhoud zijn.
Artikel 6 - Belastingplicht
De rechten worden geheven van degene op wiens verzoek dan wel ten behoeve
van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen,
werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 7 - Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tiidsgelang
voor de rechten die over een tiidvak worden geheven
1. De rechten voor het verwijderen van bedrij fsafvalhet inzamelen van
huishoudelijke afvalstoffen en het beschikbaar stellen dan wel het
ledigen van containers en het verwijderen van de daarin verzamelde
afvalstoffen, zijn verschuldigd bij het begin van het belastingtijd-
vak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aan-
vangt zijn de rechten verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van
de voor dat tijdvak verschuldigde rechten als er in dat tijdvak, na
de aanvang van de belastingplicht, nog voile kalendermaanden over-
blijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtij dvak ein-
digt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten
van de voor dat tijdvak verschuldigde rechten als erin dat tijdvak,
na einde van de belastingplicht, nog voile kalendermaanden overblij-
ven.
4. Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belas-
tingplichtige binnen de gemeente verhuist.
Artikel 8 - Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
De overige reinigingsrechten worden verschuldigd bij de aanvang van de
dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen,
werken of inrichtingen.
Hoofdstuk IV - Aanvullende bepalingen
Artikel 9 - Machtiging tot overdracht van bevoegdheden
Burgemeester en wethouders kunnen een of meer gemeenteambtenaren aanwijzen
die in hun plaats treden met betrekking tot de uitvoering van enige
wettelijke bepaling betreffende de heffing en de invordering van de
belasting en de rechten.
Artikel 10 - Nakomine van vernlichtingen
De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de Algemene wet
inzake rijksbelastingen en in de artikelen 58 en 61 van de Invorderingswet
1990 (Stb. 221) gelden mede jegens de door burgemeester en wethouders
aangewezen ambtenaren der gemeentelijke belastingen.