Verlaging inbouwbedrag (v66r 1 januari 1986)
Artikel 53
1. Dit artikel is uitsluitend van toepassing op pensioenberekeningen over
de jaren, gelegen voor 1 januari 1986.
2. Indien het bedrag dat tot grondslag heeft gestrekt voor de berekening
van het pensioen, nadat dat bedrag is aangepast aan de hand van de in
artikel 57 bedoelde regelen, op de dag met ingang waarvan de voorgaande
artikelen van deze paragraaf voor de eerste maal ten aanzien van het
pensioen toepassing vinden, lager is dan 26.508,--, wordt het met
toepassing van de voorgaande artikelen van deze paragraaf berekende
inbouwbedrag vermenigvuldigd met een breuk, waarvan de teller is
eerstbedoeld bedrag op bedoelde dag en waarvan de noemer is
26.508,--. De uitkomst van deze vermenigvuldiging vormt in dat geval
het inbouwbedrag. Het in de vorige volzin genoemde bedrag wordt
gewijzigd bij de regelen, bedoeld in artikel 157 van de Algemene
pensioenwet politieke ambtsdragers
3. Indien het pensioen rechtstreeks of middelijk is afgeleid van een eigen
pensioen, geld voor de toepassing van het vorige lid als grondslag voor
de berekening van het pensioen, het bedrag dat heeft verstrekt tot
grondslag voor de berekening van het eigen pensioen.
4. Indien het bedrag van het algemeen pensioen, dat gerekend wordt deel
ui.t te maken van het pensioen, reeds is verminderd krachtens lid 1,
vindt artikel 52, eerste lid slechts toepassing voorzover zulks nodig
is om te voorkomen dat de som van evenbedoeld verminderd bedrag en het
bedrag van de vermindering, bedoeld in het eerste lid van artikel 52,
het bedrag zou overschrijden dat, zonder toepassing van lid 1, krach
tens artikel 47 gerekend zou worden deel uit te maken van het bedrag
van het pensioen. De vorige volzin is van overeenkomstige toepassing in
het geval, bedoeld in artikel 52, derde lid.
Verrekening
Artikel 54
Indien een algemeen pensioen wordt toegekend of herzien over een tijdvak
waarover reeds pensioen werd betaald en dientengevolge te veel pensioen is
betaald, kunnen burgemeester en wethouders aan de Sociale Verzekeringsbank
die het algemeen pensioen heeft toegekend of herzien, verzoeken het te veel
betaalde pensioen ten behoeve van de gemeente in te houden op het algemeen
pensioen, voorzover betrekking hebbende op evengenoemd tijdvak.
Gemoedsbezwaren
Artikel 55
De bepalingen van deze paragraaf blijven buiten toepassing ten aanzien van
degenen die op grond van gemoedsbezwaren hun recht op algemeen pensioen
niet geldend maken, met dien verstande dat zij zoveel mogelijk overeenkom-
stig toepassing vinden met betrekking tot diegenen van evenbedoelden, die
recht hebben op uitkering als bedoeld in artikel 48 van de Algemene
Ouderdomswet
27