wordt genomen.
3. Met betrekking tot een gebouwd eigendom dat tot wo-
ning dient en deel uitmaakt van een op de voet van
de Natuurschoonwet 1928 (Stb.1989, 252) aangewezen
landgoed dat voldoet aan de in artikel 1, derde lid,
onderdeel b, van die wet bedoelde voorwaarden, wordt
in afwijking in zoverre van het eerste lid, de hef-
fingsmaatstaf bepaald met inachtneming van een ver-
onderstelde verplichting om die zaak gedurende 25
jaren als zodanig in stand te houden en geen opgaand
hout te vellen anders dan volgens de regels van nor-
maal bosbeheer noodzakelijk of gebruikelijk is.
4. Met betrekking tot een onroerende zaak als bedoeld
in artikel 2, aanhef en onderdeel e., wordt de hef-
fingsmaatstaf bepaald op een evenredig deel van de
waarde die dient te worden toegekend aan de gehele
onroerende zaak, bedoeld in artikel 2, onderdeel e.
5. De waardepeildatum is 1 januari 1995.
6. Indien een onroerende zaak na de waardepeildatum die
behoort bij het tijdvak waarvoor de waarde wordt
vastgesteld:
a. wijzigt als gevolg van hetzij bouw, verbou-
wing, verbetering, afbraak of vernietiging,
hetzij verandering van bestemming, welke wij-
ziging een verandering in de waarde van ten
minste 5 percent met een minimum van f. 25.000
ten gevolge heeft dan wel van f. 250.000 of
meer, of
b. een verandering in waarde ondergaat van ten
minste 5 percent met een minimum van f. 25.000
dan wel van f. 250.000 of meer als gevolg van
een andere, specifiek voor de onroerende zaak
geldende, bijzondere omstandigheid,
wordt de waarde bepaald naar de staat van die zaak
bij het begin van het kalenderjaar volgende op dat
waarin de in de onderdeel a. bedoelde feiten geheel
of ten dele hun beslag hebben gekregen dan wel de in
onderdeel b. bedoelde omstandigheid heeft plaatsge-
vonden of is gebleken.
c. de aanhef van artikel 4, eerste lid, wordt vervangen door:
In afwijking van artikel 3 wordt bij het bepalen van de
maatstaf van heffing buiten aanmerking gelaten de waarde
Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening onroerende-
zaakbelastingen 1997'.
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Leeuwarde-
radeel in zijn openbare vergadering van 19 december 1996,
van:
de secretaris,
de voorzitter,
(J.J JOingma)
(Mr. C.Bijl)