AD VIES Gezien de uitspraak in de zaak Naaldwijk en de meeste recente uitspraak in de zaak Kampen lijkt de nuloptie in juridisch opzicht haalbaar, zonder expliciet aan te hoeven tonen wat de te verwachten openbare orde problemen zullen zijn. Daamaast hebben ook de buurplattelandsgemeenten gekozen (of zullen kiezen) voor de nul-optie. Leeuwarden als stedelijke gemeente is niet vergelijkbaar met de plattelandsgemeenten en voert een ander (liberaler) beleid ten opzichte van coffeeshops. De keuze voor de nuloptie kan worden gebaseerd op de vier argumenten, die ook in de zaak Naaldwijk een rol speelden, te weten: 1. het voorkomen van een aanzuigende werking, vooral nu er een geringe lokale vraag naar soft-drugs is; 2. de aanzuigende werking zal des te sterker zijn, omdat ook in de nabijgelegen platte landsgemeenten een nuloptie-beleid wordt gevoerd; 3. een coffeeshop past niet bij het eigen karakter van de gemeente en stuit bij veel inwoners op belangrijke bezwaren; 4. jongeren dient niet de directe gelegenheid te worden geboden om met soft-drugs in aanraking te komen. Gelet op de vergelijkbare situatie en hetgeen hiervoor is geschreven over de situatie in Leeuwarderadeel wordt geadviseerd om voor de nuloptie te kiezen. Een uitwerking van de nuloptie dient plaats te vinden langs een tweetal wegen, namelijk: 1. een wijziging van de APV in die zin, dat overlastbepalingen worden opgenomen en dat de bepaling over exploitatie van horecabedrijven wordt aangepast (en aangescherpt); 2. een afspraak in het driehoeksoverleg (gemeente, politie, justitie) dat in de gemeente Leeuwarderadeel geen gedoogbeleid ten aanzien van coffeeshops zal worden gevoerd. Tegelijk met het vaststellen van deze notitie zal de APV moeten worden aangepast. Vervolgens dient aan dit beleid ruime bekendheid te worden gegeven. Daamaast wordt geadviseerd om op het gebied van ontmoediging, voorlichting en preventie een actief beleid te voeren. Nadere voorstellen hierover zullen op korte termijn aan de raad worden gedaan. 18

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1998 | | pagina 63