Hoofdstuk III Peuterspeelzaalwerk Artikel 9 Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder: a: een peuterspeelzaal: een ruimtelijke voorziening, bedoeld voor kinderen in de leeftijd van twee tot vier jaar met als doelstelling, de sociale, creatieve en educatieve ontplooiing en de motorische ontwikkeling van het jonge kind, ondermeer door spel en omgang met leeftijdgenoot- jes, een en ander in nauw overleg met ouders en/of opvoeders. b: deel van de dag: maximaal 3 aaneengesloten uren. Artikel 10 1. De subsidie wordt slechts verleend, indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. eenzelfde peuter mag niet meer dan een deel van de dag in een peuterspeelzaal verblijven; b. een peuterspeelzaal dient minimaal twee dagen per week tenminste twee aaneen gesloten uren geopend te zijn, behoudens vakantieperioden; c. het aantal peuters dat op eenzelfde tijdstip van een peuterspeelzaal gebruik maakt, dient tenminste vijftien te zijn en mag ten hoogste twintig zijn; d. aan peuters die op medische indicatie een peuterspeelzaal moeten bezoeken dient bij toelating voorrang te worden verleend; e. in het bestuur van de peuterspeelzaal dienen de ouders en of verzorgers van de peuters die de peuterspeelzaal bezoeken, te zijn vertegenwoordigd; f. er dient rekening te worden gehouden met de pluriformiteit van de bevolking van de gemeente Leeuwarderadeel. 2. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen omtrent: a. de bekwaamheid en de geschiktheid van het leidinggevend en toezichthoudend personeel; b. de accommodatie en de inrichting daarvan; c. de ouderbijdrage. Hoofdstuk IV Kinderopvang Artikel 11 1. Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder: a. dagopvang: een ruimtelijke voorziening, bedoeld voor gehele of halve dagopvang van kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1998 | | pagina 32