Gewezen wordt op het feit dat een dergelijk advies altijd gericht is op zowel het verzochte bouwwerk op zich alsook op het bouwplan in relatie tot zijn (directe) omgeving. Op grond van voorgaande overweging adviseren wij dit onderdeel van de zienswijze tegen het bouwplan ongegrond te verklaren. Ad. 2. De opmerkingen die gemaakt worden over de gevoerde procedure zijn ons inziens zeker niet terecht. Integendeel, we hebben juist in deze procedure een zeer zorgvuldige weg bewandeld. Op het moment dat bleek dat bij omwonenden bedenkingen bestonden tegen het plan hebben wij er voor gekozen om deze brief niet formeel en zakelijk af te doen, doch te trachten om in goed overleg een oplossing in deze kwestie te vinden .In gezamenlijkheid met de aanvragers en de omwonenden is gezocht naar diverse mogelijkheden en zijn er door de aanvragers van de bouwvergunning aanbiedingen gedaan als b.v. het plaatsen van een lichtkoepel en een extra venster in de woning van de fam. Tielens en het opschuiven van de woning met 1,5 meter in de richting van de Lytse Dyk. Op het moment dat de fam. Tielens aangaf niet in te kunnen stemmen met de hiervoor genoemde (informele) oplossingen, is besloten de formele procedure voor het verlenen van de vergunning te voeren. Ten behoeve van het voeren van de formele procedure is een notitie geschreven waarin de ruimtelijke onderbouwing voor dit plan is aangegeven. In het bedenkschrift worden geen opmerkingen gemaakt die gericht zijn op de in deze notitie opgenomen ruimtelijke onderbouwing. Ook dit onderdeel van het bedenkschrift is op grond van voorgaande weerlegging naar onze mening ongegrond. Ad. 3. Het wijzigen van het uitzicht vanuit de omliggende woningen kan niet worden bestreden. Op het moment dat de bebouwing wordt opgetrokken zal er een wijziging in uitzichtmogelijkheden ontstaan. Bij de beoordeling van de plannen is, zoals hiervoor ook nog eens is aangegeven, nadrukkelijk aandacht besteed aan de diverse aspecten die aan het eventueel verlenen van medewerking aan het bouwplan kleven. Binnen de afweging hiervan hebben de gevolgen voor bewoners van omliggende woningen uiteraard ook een rol gespeeld. Alles afwegende is reeds in 1997 niettemin tot de medewerking besloten. Indertijd zijn tegen dit vergelijkbare plan ook geen bedenkingen ingediend. Wij merken hierbij op, dat in tegenstelling tot wat door omwonenden wordt beweerd, de plannen in 1997 conform de regels zijn gepubliceerd. Tot slot wordt met betrekking tot dit punt aangedragen dat de woning zoals die in 1997 gepland was, meer uitzichtsverlies tot gevolg had dan de woning waarvoor thans de procedure wordt gevoerd. Overigens merken wij hierbij op dat er geen recht is op blijvend vrij uitzicht. Wij stellen u voor op grond van de hiervoor weergegeven motivatie dit aspect in het bedenkschrift ongegrond te verklaren. Ad. 4 Onder 1 is reeds aangegeven dat een van de stedenbouwkundige uitgangspunten was dat de voorgevelrooilijn aan de Lytse Dyk diende aan te sluiten bij de voorgevelrooilijn van de aan dit bouwperceel grenzende hoofdgebouwen. De op basis van de uitgangspunten ontworpen woning heeft een diepte van 15,5 meter totaal. Deze afmeting is gebruikelijk en komt overeen met de bebouwingsdiepte die in recente bestemmingsplannen wordt gehanteerd en vanuit stedenbouwkundig en planologisch oogpunt, ook op deze locatie, acceptabel is.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2001 | | pagina 11