5. In geval de waarderingsuitslag als bedoeld in het vierde lid van dit artikel een hogere salarisrang uitwijst dan de door de werkgever vastgestelde rangindicatie, wordt deze hogere rang geacht van toepassing te zijn vanaf het moment dat de ambtenaar die nieuwe functie vervult. 6. Indien de waarderingsuitslag als bedoeld in het vierde lid van dit artikel een lagere rang uitwijst, dan behoudt belanghebbende de garanties als bedoeld in de artikel 3:13 le lid, voor zover nodig, het uitzicht op een eventuele inpassing in de rang, die volgt op de rang die door middel van indicatie is bepaald, de zogenaamde uitlooprang. Art. 7 Functiegebonden toelagen. 1Aan de ambtenaar, wiens bezoldiging als gevolg van het vervallen van de functiegebonden toelagen een blijvende verlaging ondergaat, wordt een aflopende compensatie toegekend indien: a. de blijvende verlaging ten minste 5% bedraagt van de bezoldiging; b. de ambtenaar deze toelage gedurende ten minste vijf jaren zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten. 2. Deze compensatie kent het volgende verloop: a. in het eerste jaar na de overplaatsing ontvangt de ambtenaar 100% van de daling van de bezoldiging, die het gevolg is van het vervallen van de toelagen; b. het tweede jaar na de overplaatsing ontvangt de ambtenaar 75% van de daling van de bezoldiging, die het gevolg is van het vervallen van de toelagen; c. het derde jaar na de overplaatsing ontvangt de ambtenaar 50% van de daling van de bezoldiging die het gevolg is van het vervallen van de toelagen; d. het vierde jaar na de overplaatsing ontvangt de ambtenaar 25% van de daling van de bezoldiging die het gevolg is van het vervallen van de toelagen. 3. In afwijking van het gestelde in lid 1 en 2 van dit artikel, behouden ambtenaren van 55 jaar en ouder, die herplaatst worden en die gedurende minimaal 10 jaar aanspraak hebben gehad op een functiegebonden toelage, het recht op hun toelage(n) tot op de op hen van toepassing zijnde F.P.U. spilleeftijd of pensioendatum. 4. De in het eerste lid bedoelde aflopende toelage gaat in wanneer de ambtenaar de leeftijd van 55 jaar bereikt en hij onmiddelijk voor aanvang van die toelage gedurende 10 jaren zonder wezenlijke onderbreking een toelage - als bedoeld in lid 1 - heeft genoten, over in een blijvende toelage als bedoeld in lid 3. 13

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2001 | | pagina 35