GEMEENTE 6
LEEUWARDERADEEL
Stiens, 13 november2001
Raadsvergadering: 13 december 2001
V oorstelnummer2001/90
Onderwerp: instellen exterae klachtenregeling
Te nemen besluit: het vaststellen van de "Verordening voor de behandeling van exteme
klachten (Ombudsman)" en de huidige commissie voor de beroep - en
bezwaarschriften benoemen tot gemeentelijke ombudsman. Na
proefperiode van 2 jaar zal de werking van het exteme klachtrecht
worden geevalueerd.
Korte inhoud: Op dit moment kennen gemeenten een regeling voor het interne
klachtrecht. Voor 2002 dienen alle gemeenten in Nederland ook een
extern klachtrecht te hebben.
Inleiding:
Op 1 juli 1999 is hoofdstuk 9 van de Algemene Wet Bestuursrecht in werking getreden. Dit
hoofdstuk bevat regels waaraan de behandeling van klachten door bestuursorganen moet
voldoen. We spreken dan van het interne klachtrecht. Deze interne klachtenprocedure is
bedoeld als voorprocedure. Als de klager niet tevreden is met de afhandeling van de klacht
door het betreffende bestuursorgaan, dan moet men zich vervolgens kunnen wenden tot een
exteme klachtinstantie, die een onafhankelijk oordeel geeft.
Kanttekeningen
Het Rijk is van mening dat een exteme klachtinstantie onderdeel behoort te zijn van een
kwalitatief behoorlijk bestuur. Deze opvatting is verwoord en kamerbreed aangenomen in de
motie Scheltema - de Nie. In die motie is ook bepaald dat iedere gemeente voor 1 januari
2002 'in een met waarborgen omklede ombudsfunctie zal hebben voorzien'.
De gemeenten kunnen, onder eigen verantwoordelijkheid, een keuze maken, maar niet de
keuze om niets te regelen. Bij het exteme klachtrecht kan een keuze worden gemaakt om:
1als gemeente aan te sluiten bij de Nationale Ombudsman;
2. als gemeente zelf in een ombudsfunctie te voorzien door een eigen
exteme klachtinstantie in het leven te roepen. Dit kan de gemeente
alleen dan wel in samenwerking met een andere gemeente(n) te doen.