Het tweede lid van dit artikel regelt de doorzending indien de ombudsman onbevoegd is. Van
belang bij deze doorzendplicht is dat in verband met eventuele ontvankelijkheidsvragen het
tijdstip van ontvangst bij de ombudsman wordt vastgelegd.
Artikel 19
Dit artikel verplicht de ombudsman om betrokkenen in de gelegenheid te stellen om hun
standpunt toe te lichten. Dit komt niet alleen de zorgvuldigheid van het onderzoek te goede,
maar biedt de verzoeker en het bestuursorgaan waar het verzoek betrekking op heeft de kans
om nogmaals hun standpunt te verduidelijken.
Artikel 20
Ook ex-ambtenaren en ex-bestuurders zijn door dit artikel verplicht om de benodigde
inlichtingen te verstrekken.
Artikel 21
Wanneer een onderzoek is afgesloten, stelt de ombudsman conform wat bepaald is in artikel
11 een rapport op. Artikel 21 benadrukt dat hij gemotiveerd zijn bevindingen en oordeel weer
moet geven. Kort gezegd moet de ombudsman indien hij van oordeel is dat het verzoek
gegrond is, aangeven op basis van welke behoorlijkheidsnorm hij tot deze conclusie komt. Zo
wordt de normering die de ombudsman toepast kenbaar en toetsbaar, zowel voor de burger als
voor de bestuursorganen.
Het is van belang dat de ombudsman een toetsingskader vaststelt.
Richtinggevend hierbij kunnen zijn:
Wetten en verordeningen en bijbehorende jurisprudence
Is het gemeentelijk handelen in strijd met de Grondwet, een verdrag, een wet (zoals de Awb)
of een provinciale dan wel gemeentelijke verordening?
a. De beoordelingscriteria en de 'behoorlijkheidsjurisprudentie'van de
Nationale ombudsman
In zijn jaarverslag 1998 heeft de Nationale ombudsman enkele normen gei'ntroduceerd die de
ombudsman over kan nemen in zijn toetsingskader. Voorbeelden daarvan zijn correcte
bejegening, dienstbetoon, deugdelijke correspondence, bereikbaarheid, actieve
informatieverstrekking, klacht behandeling, interne coordinatie en behandeltermijn.
Daamaast moet het toetsingskader aansluiten op de lokale praktijk zoals die zich aandient en
de patronen die daarin te herkennen zijn.
Artikel 22
Het is van belang dat alle betrokkenen door middel van toezending van het rapport op de
hoogte worden gesteld van de bevindingen van de ombudsman. Daarnaast kan het rapport
door het bestuursorgaan worden aangegrepen om de kwaliteit van de organisatie te verbeteren.
Artikel 23
In dit artikel wordt de verplichting tot het maken van een jaarverslag vastgelegd. Dit
jaarverslag biedt de raad de gelegenheid om zich een oordeel te vormen over het functioneren
van de gemeentelijke organen, wat aanleiding kan zijn tot eventuele maatregelen ter
-19-