HOOFDSTUKII
AFVALSTOFFENHEFFING
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
1. Onder de naam "afvalstoffenheffmg" wordt een directe belasting geheven als bedoeld
in artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer.
2. De afvalstoffenheffmg als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende
tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk
gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens artikel 10.11 van de Wet
milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 4 Belastingplicht
1De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van
een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.11 van de Wet milieubeheer een
verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:
a. degene die naar omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom,
bezit, beperkt recht of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van het perceel;
b. ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat
gedeelte ten gebruik heeft afgestaan.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in hoofdstuk 1
van de bij de verordening behorende tarieventabel.
Artikel 6 Belastingiaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 7 Wiize van heffing
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Artikel 8 Ontstaan der belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
1De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de
aanvang van de belastingplicht.