Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Leeuwarderadeel 2005Artikelsgewijze toelichting
b vaststelling van de mate van urgentie.
De bouwkundige rapportage kan geschieden aan de hand van de invulling van het door de raad vast
te stellen formulier 'Bouwkundige opname'. Bij de opzet van dit formulier is aangesloten bij een
reeds door de Rijksgebouwendienst ontwikkelde schouwmethode voor schoolgebouwen, zoals deze
voor de decentralisatie zowel in het primair als voortgezet onderwijs werd toegepast.
Lid 3-5
Met de in deze leden geformuleerde bepalingen wordt nader invulling gegeven aan het bepaalde in
artikel 4:5 Awb. De geboden mogelijkheid om aanvullend gegevens aan te leveren gaat vooraf aan
de in de Awb opgenomen mogelijkheid om als bestuursorgaan (in casu het college) een aanvraag
buiten behandeling te laten in verband met onvoldoende verstrekte gegevens en bescheiden. De
Awb kent nadere bepalingen die het bestuursorgaan daarbij in acht moet nemen. Zo moet het besluit
om de aanvraag niet te behandelen binnen vier weken nadat de aanvraag is aangevuld of wanneer de
termijn die voor de aanvulling is gegeven ongebruikt verstreken is, aan de aanvrager bekend ge-
maakt te worden.
Terwille van de duidelijkheid voor de potentiele aanvragers is ervoor gekozen om de concrete uit-
werking van de Awb in dit opzicht in de verordening op te nemen. Deze uitwerking komt er op neer
dat de duur van termijnen die het college kan hanteren in de verordening is vastgelegd.
De bevoegdheid die het college wordt toegekend om incomplete aanvragen niet te behandelen, heeft
als praktisch voordeel dat dergelijke aanvragen in een eerder stadium kunnen worden afgehandeld.
De gemeenteraad hoeft zich in het kader van de vaststelling van het programma alleen te buigen
over de inhoud van volledige aanvragen en zich niet met vormfouten rond incomplete aanvragen
bezig te houden. Dit komt ook overeen met de huidige bestuurspraktijk.
Geen hardheidsclausule
Er is van af gezien hier een hardheidsclausule op te nemen, die het mogelijk maakt om in geval van
overmacht aan de zijde van de aanvrager af te wijken van de termijnen. Een gemeente kan zelf de
afweging maken of men een dergelijke clausule, die een zekere mate van vrijheid toestaat bij het
afwijken van de algemene regels, wenselijk vindt. Het gevaar van een hardheidsclausule is dat er
(relatief) vaak een beroep op wordt gedaan. De behandeling vergroot de uitvoeringslast van het be
stuursorgaan en bekort bij toewijzing de beschikbare tijd voor de (voorbereiding van de) besluit-
vorming. Daamaast lijkt een hardheidsclausule te veel van het goede tegen de achtergrond van de
mogelijkheid om in klemmende situaties een aanvraag met een spoedeisend karakter in te dienen.
Lid 4
In enkele specifieke gevallen is het noodzakelijk om het resultaat van de wettelijke teldatum van 1
oktober 'onverwijld' door te geven aan de gemeente. Dit omdat het resultaat - en de daarmee sa-
menhangende behoefte aan huisvesting(scapaciteit) - van direct belang is voor de beoordeling van
de noodzaak van een aangevraagde voorziening en daarmee van het al dan niet opnemen van de
voorziening op het programma.
In concreto betreft het hier aanvragen voor tijdelijke voorzieningen in de huisvesting in het
(school)jaar dat volgt op de programmavaststelling. Zo zal bijvoorbeeld de noodzaak van een extra
noodlokaal aan het begin van het schooljaar doorgaans bepaald worden door het leerlingaantal en
het daarmee samenhangende 'ruimtebeslag' op de teldatum van 1 oktober daarvoor. De noodzaak
van de tijdelijke voorziening is daarmee afhankelijk van het resultaat op de teldatum. Aangezien dit
essentieel is voor de uiteindelijke beoordeling door de raad, is de bepaling in het vierde lid opge
nomen. Evenals het geval is bij andere in de verordening opgenomen termijnen is ook hier gekozen
voor het werken met een fatale termijn. Daarbij is de gemeenteraad - en niet het college - het be
stuursorgaan dat beslist om een aanvraag niet te behandelen wanneer de vereiste gegevens niet of te
laat worden verstrekt. Dit vanuit de gedachte dat in de meeste gevallen het voorstel van het college
aanpassingen tot en met VNG-ledenbrief (Lbr.02/104) 16 augustus 2002
-TV 10-