Bij de verdeling van de frequenties is bepaald dat de zender 1 december in de lucht moet zijn,
anders wordt de vergunning ingetrokken. Dit betekent dat spoed bij de vergunningverlening is
geboden. Medewerking aan het verzoek is echter alleen mogelijk middels een
vrijstellingsprocedure op grond van artikel 19, lid 1 WRO; de zelfstandige projectprocedure.
Een dergelijke procedure neemt al snel een half jaar in beslag, aangezien inspraak moet
worden verleend, het plan voor zienswijzen ter inzage wordt gelegd en een verklaring van
geen bezwaar van G.S. nodig is. Bij de verdeling van de radiofrequenties is geen rekening
mee gehouden dat sommige zendmasten nog gerealiseerd moeten worden en dat daarvoor een
aantal vergunningen moeten worden aangevraagd. Bij het toewijzen van de vergunningen is
geen overleg geweest met de lokale besturen.
De bouwaanvraag betreft het oprichten van twee masten met daartussen een antennedraad ten
behoeve van een AM-zender van 1 kW. De masten worden 25 meter hoog en op een afstand
van 50 meter van elkaar geplaatst. De zender komt in een bouwwerk van 3x3x2(h) meter.
Aansluiting bij andere antennes in de gemeente is omwille van technische redenen niet
mogelijk. Tegen het realiseren van de zendmast op voorziene locatie bestaan geen
landschappelijke en planologische bezwaren. Aangezien deze nieuwe radiozender een
frequentie heeft weten te bemachtigen betekent dat het Rijk dit een waardevolle aanvulling
van het radiopark vindt. In die zin is het gepast dat onze gemeente meewerkt aan de plannen.
Wij stellen dan ook voor medewerking te verlenen aan de procedure.
Om de procedure spoedig te kunnen afhandelen stellen wij u voor de bevoegdheden te
delegeren en dit voorstel alleen in de gemeenteraad te behandelen. Desondanks kunnen wij
niet voor 1 december een vergunning af te geven, daarvoor is onvoldoende tijd. Pan European
Radio zal daarom moeten onderzoeken in hoeverre uitstel mogelijk is.
Argumenten:
1.1. Medewerking is vanuit landschappelijk en planologisch oogpunt verantwoord.
Het betreft een ijle constructie, het plaatsen van de installatie ontmoet daarom vanuit
ruimtelijke overwegingen geen bezwaren.
1.2. Realisatie van de zendmast is noodzakelijk om de toegewezen frequentie AM 1602 te
realiseren.
Aangezien deze nieuwe radiozender een frequentie heeft weten te bemachtigen betekent dat
het Rijk dit een waardevolle aanvulling van het radiopark vindt. In die zin is het gepast dat
onze gemeente meewerkt aan de plannen.
1.3. Aansluiting bij een bestaande antennemast is niet mogelijk.
Ten aanzien van antennemasten is het gewenst dat deze zoveel mogelijk gebundeld worden.
In dit geval is dat niet mogelijk. De daadwerkelijke antenne is de lijn die van de grond tot aan
de spandraden tussen de twee masten loopt. Dit is niet te combineren met bestaande
zendmasten in de gemeente. Een locatie binnen de bebouwde kom is vanwege mogelijke
storingen op apparaten (magnetrons) ongewenst.
2.1. De zelfstandige projectprocedure op grond van artikel 19, lid 1 WRO is een lange
procedure, door de bevoegdheden te delegeren kan de benodigde vrijstellingsprocedure
sneller worden doorlopen.