15 Titel 2 FINANCIELE POSITIE Kaderstellen Artikel 9 Financiele positie 1Het college draagt er zorg voor, dat al het beleid waartoe de raad heeft besloten, in de uiteenzetting van de financiele positie en de meerjarenramingen is opgenomen. 2. Het totaalbedrag aan verleende garanties en waarborgen worden bij de uiteenzetting van de financiele positie expliciet vermeld. 3. De raad autoriseert met het vaststellen van de financiele positie de investeringskredieten. Artikel 10 Waardering afschrijving vaste activa 1. Geactiveerde kosten voor onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief, het saldo van agio en disagio worden afgeschreven zoals is aangegeven in de bij deze verordening behorende bijlage "afschrijving vaste activa". 2. Kosten voor het afsluiten van geldleningen worden direct ten laste van de exploitatie gebracht. 3. De materiele vaste activa met economisch nut, zoals bedoeld in artikel 35 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, worden afgeschreven zoals is aangegeven in de bij deze verordening behorende bijlage "afschrijving vaste activa". Voor het activeren van activa, uitgezonderd gronden en terreinen, gelden minimale verkrijgingsprijzen; de minimale verkrijgingsprijzen zijn aangegeven in de bij deze verordening behorende bijlage "afschrijving vaste activa". Gronden en terreinen worden altijd geactiveerd. 4. Onder activa met een meerjarig maatschappelijk nut, zoals bedoeld in artikel 35 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, worden verstaan investeringen in aanleg en onderhoud van: (inrichting) wegen, waterwegen; civiele kunstwerken, groen en kunstwerken. 5. Aankoop en vervaardiging van activa met een meerjarig maatschappelijk nut worden onder aftrek van bijdragen van derden en bestemmingsreserves ten. laste van de exploitatie gebracht. Hiervan kan bij raadsbesluit worden afgeweken. In geval van activering bij raadsbesluit wordt het actief afgeschreven over de verwachte levensduur van het actief of een kortere, door de raad aan te geven tijdsduur. Artikel 11 Oninbare vorderingen Voor openstaande vorderingen betreffende: a. onroerende zaakbelasting gebruikers; b. onroerende zaakbelasting eigenaren; c. hondenbelasting; d. rioolrechten; e. afvalstoffenheffing en reinigingsrechten; f. overige vorderingen 16

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2005 | | pagina 72