Artikel 16 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een
inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen
Artikel 17 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via
inzamelvoorzieningen op wijkniveau
Artikel 18 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een brengdepot op
lokaal of regionaal niveau
Artikel 19 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder inzamel-
middel
Artikel 20 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden
Artikel 23 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst
Artikel 24 Het ter inzameling aanbieden van bedrij fsafvalstoffen aan een ander dan de
inzameldienst
Artikel 25 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
Artikel 26 Achterlaten van straatafval
Artikel 27 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen
Artikel 28 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren
Artikel 29 Wegwerpen van reclamebilj etten of ander promotiemateriaal
Artikel 30 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden
Artikel 31 Verbod op een voor het publiek zichtbare plaats aanwezig hebben van
afvalstoffen
Artikel 32 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden
Artikel 34 Toezichthouders
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn
belast de krachtens artikel 18.4, derde lid, van de wet aangewezen ambtenaren.
Artikel 35 Inwerkingtreding
1. Deze verordening treedt in werking zes weken na bekendmaking.
2. Afdeling 4.2 Afvalstoffen (artikelen 4.2.1.1 t/m 4.2.4.3) en de artikelen 4.4.1 t/m 4.4.4
en 4.4.7 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Leeuwarderadeel,
vastgesteld op 19 december 2002, nr. 2002/77, worden ingetrokken.
Artikel 36 Overgangsbepaling
1Vergunningen en ontheffmgen verleend krachtens de verordening bedoeld in artikel 35,
tweede lid, blijven - indien en voorzover het gebod of het verbod waarop de vergunning of
ontheffmg betrekking heeft, ook vervat is in deze verordening en voorzover zij niet eerder
zijn vervallen of ingetrokken na de inwerkingtreding van deze verordening van kracht.
2. Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de verordening bedoeld in artikel
35, tweede lid, blijven - indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voor
schriften en beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening en voor zover
zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken na de inwerkingtreding van deze verordening
van kracht.
3. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een
vergunning of ontheffmg op grond van de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid, is
ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die
aanvraag is beslist, wordt daarop de overeenkomstige bepaling van de onderhavige
verordening toegepast.
4. Op een aanhangig beroep of bezwaarschrift, betreffende een vergunning of ontheffmg
bedoeld in het eerste lid, dan wel voorschrift of beperking bedoeld in het tweede lid dat
11