2' £fr?5Szsxzxr*
z °m ie dienen ate kare,toman
Sp£Sr"=p—
n' da'het wensd"ik 18 niauwe rast te stelten - ba»™»
fer be— da »raaida
C' °P ta9S 'andb0UW9™den' teide
hI."ZSS dfe in de ~a en
(Tekst geldend op: 13-02-2008)
Wet van 20 juli 1961, houdende nieuwe bepalingen ter bewaring van
bossen en andere houtopstanden
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten-
Afdeling I. Algemene bepaling
Artikel 1
1. Deze wet verstaat onder:
Onze Minister: Onze Minister van Landbouw en Visserij;
eigenaar: hij, die krachtens eigendom of een beperkt recht het genot heeft van grond;
ernstrge beschadigmg van houtopstand ten gevolge kunnen hebben.
vetenll^a6"6" WOn" v00rtoepassinS ran daze°n«er
°P?'aFlikete" Va" deZ6 "et 2ii"' beh°UdenS het bepaalde in a,deSn9 v". van
P a. houtopstanden op erven en in tuinen;
volgende°?PStanden da" °P e™n en in ,1,inen blnnen "ebouwde kom als bedoeld in het
d. Italiaanse populier, linde, paardenkastanje en treurwilg;
e. vruchtbomen en windschermen om boomgaarden-
g. kweekgoed.
5' t^uXk^k™!8'"''vasl' rlke VS°r de ,oepassin9 van daza d* srenzen van de
in -fg!!!Jf-Sac.re!ar'e.VOdr?a" ,eder ter inza9e Dd burgemeester maakt de nederlegging tevoren
Afdeling II. Veiling en herbeplanting
Artikel 2