5. De vragensteller kan, bij schriftelijke beantwoording in de eerstvolgende
raadsvergadering en bij mondelinge beantwoording in dezelfde raadsvergadering, na
de behandeling van de op de agenda voorkomende onderwerpen nadere inlichtingen
vragen omtrent het door de burgemeester of door het college gegeven antwoord,
tenzij de raad anders beslist.
Artikel 40 Vragenhalfuur
1. Het vragenhalfuur maakt onderdeel uit van de agenda van de raad. In bijzondere
gevallen kan het presidium bepalen dat het vragenhalfuur op een ander tijdstip wordt
gehouden. De voorzitter bepaalt op welk tijdstip het vragenhalfuur eindigt.
2. (oud) Het lid van de raad dat tijdens het vragenhalfuur vragen wil stellen, meldt dit
onder aanduiding van het onderwerp ten minste 12 uur voor aanvang van het
vragenhalfuur bij de voorzitter. De voorzitter kan na overleg met het presidium weigeren
een onderwerp tijdens het vragenhalfuur aan de orde te stellen indien hij het onderwerp
niet voldoende nauwkeurig acht aangegeven of indien het onderwerp in de
raadsvergadering op diezelfde dag aan de orde komt.
2. (nieuw)Het lid van de raad dat tijdens het vragenhalfuur vragen wil stellen, meldt dit
onder aanduiding van het onderwerp en met overlegging van duidelijk
geformuleerde schriftelijke vragen ten minste 12 uur voor aanvang van
de vergadering, dan wel het vragenhalfuur indien op een ander
tijdstip gehouden, bij de voorzitter via de griffier. De voorzitter kan na
overleg met het presidium weigeren een onderwerp tijdens het vragenhalfuur aan de
orde te stellen indien hij het onderwerp niet voldoende nauwkeurig acht aangegeven
of de overlegde schriftelijke vragen onvoldoende duidelijke
geformuleerd acht of indien het onderwerp in de raadsvergadering op diezelfde
dag aan de orde komt.
3. De voorzitter bepaalt de volgorde, waarin aangemelde onderwerpen tijdens het
vragenhalfuur aan de orde worden gesteld.
4. De voorzitter bepaalt per onderwerp de spreektijd voor de vragensteller, voor het
college, voor de burgemeester en voor de overige leden van de raad.
5. Per onderwerp wordt aan de vragensteller het woord verleend om een of meer vragen
aan het college of de burgemeester te stellen en een toelichting daarop te geven.
6. Na de beantwoording door het college of de burgemeester krijgt de vragensteller
desgewenst het woord om aanvullende vragen te stellen.
7. Vervolgens kan de voorzitter aan andere leden van de raad het woord verlenen om
hetzij aan de vragensteller, hetzij aan het college of de burgemeester vragen te
stellen over hetzelfde onderwerp.
8. Tijdens het vragenhalfuur kunnen geen moties worden ingediend en worden geen
interrupties toegelaten.
Artikel 41 Inlichtingen
1. Indien een lid van de raad over een onderwerp inlichtingen als bedoeld in de artikelen
169, derde lid, en 180, derde lid, van de Gemeentewet verlangt, wordt een verzoek
daartoe, door tussenkomst van de griffier schriftelijk ingediend bij het college of de
burgemeester.
2. De griffier draagt er zorg voor dat de overige leden van de raad een afschrift van dit
verzoek krijgen.
3. De verlangde inlichtingen worden mondeling of schriftelijk in de eerstvolgende of in de
daarop volgende vergadering gegeven.
4. De gestelde vragen en het antwoord vormen een agendapunt voor de vergadering,
waarin de antwoorden zullen worden gegeven.