10- artikel 40 Vragenhalfuur
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Onder "aanhangig' wordt verstaan aan de orde/in behandeling zijnd. De omschrijving van
de termen amendement en initiatiefvoorstel luiden hetzelfde als in de artikelen 147a en
147b van de Gemeentewet.
Artikel 2 De voorzitter
De burgemeester is voorzitter van de raad. Artikel 125, derde lid, van de Grondwet en
artikel 9 van de Gemeentewet schrijven dit dwingend voor. In artikel 77, eerste lid, is
bepaald dat het langstzittende raadslid het raadsvoorzitterschap waarneemt bij
verhindering of ontstentenis van de burgemeester. Als twee raadsleden even lang zitting
hebben, is de oudst in jaren degene die het raadsvoorzitterschap waarneemt. Daarnaast
heeft de raad altijd de mogelijkheid zelf te kiezen voor een andere waarnemer.
De burgemeester heeft het recht op grond van artikel 21 van de Gemeentewet in de
vergadering aan de beraadslaging deel te nemen. Als voorzitter zorgt hij onder andere
voor de handhaving van de orde in de vergadering.
Artikel 3 De griffier
De raad is verplicht een griffier te benoemen (artikel 100 Gemeentewet). De griffier is in
eerste instantie verantwoordelijk voor de bijstand aan de raad. Hij is in principe in elke
vergadering van de raad aanwezig. De Gemeentewet eist dat de raad de vervanging van
de griffier regelt (artikel 107d, eerste lid). In het tweede lid is daarover een bepaling
opgenomen. In verband met artikel 22 Gemeentewet (verschoningsrecht) is in het derde
lid een bepaling opgenomen met betrekking tot het deelnemen van de griffier aan de
beraadslaging. Rechtspositionele bepalingen omtrent de beediging, woonplaats etcetera
zijn niet in dit reglement opgenomen, aangezien dat beter geregeld kan worden in de
ambtsinstructie voor de griffier, die de raad vaststelt. In de instructie voor de griffier zijn
de taken van de griffier uitgewerkt.
Artikel 4 De secretaris
De secretaris houdt zich voornamelijk bezig met de ondersteuning van het college en het
leiden van de ambtelijke organisatie. In het kader van die twee taken kan het tevens
wenselijk zijn dat de secretaris deelneemt aan de beraadslagingen van de raad. De
secretaris wordt echter benoemd en ontslagen door het college. Dit houdt in dat de raad
de secretaris niet kan dwingen om in de raad aanwezig te zijn. De raad zal het college
moeten verzoeken of het college de secretaris opdraagt in de vergadering aanwezig te
zijn om aan de beraadslagingen deel te nemen. Op deze wijze kan de raad onder meer
een beroep doen op kennis en informatie, die de secretaris bezit of kan de secretaris
bijvoorbeeld deelnemen aan een discussie over het functioneren van de ambteiijke
organisatie.
aan dit artikel een derde lid toe te voegen dat luidt: "Het lid van de raad dat het woord wil voeren over
'ingekomen stukken' meldt dit onder aanduiding van het onderwerp ten minste 12 uur voor aanvang
van de vergadering schriftelijk bij de griffier".
lid 2 eerste alinea: tussen "onder aanduiding van het onderwerp"en "tenminste"de zinsnede die luidt:
en met overlegging van duidelijk geformuleerde schriftelijke vragen" te voegen.
lid 2 eerste alinea: tussen "voor aanvang van" en "bij de voorzitter" de zinsnede het vragenhalfuur
te wijzigen in de zinsnede die luidt: "de vergadering, dan wel het vragenhalfuur indien op
een ander tijdstip gehouden," te voegen.
lid 2 eerste alinea: tussen "bij de voorzitter" en De voorzitter" de zinsnede die luidt "via de griffier" te
voegen.
lid 2 tweede alinea: tussen "aangegeven" en "of indien" de zinsnede die luidt: "of de overlegde
schriftelijke vragen onvoldoende duidelijk geformuleerd acht" te voegen.