Hoofdstuk 3
Huishoudelijke verzorging
Artikel 8 Vormen van huishoudeliike verzorging
Lid 1
Dit artikel regelt onder welke basisvoorwaarden men gebruik kan maken van een voorziening
voor het voeren van een huishouding. In aanmerking komen aanvragers met een aantoonbare
beperking ten gevolge van ziekte of gebrek, met inbegrip van de situaties waarin het
noodzakelijk is eventueel aanwezige mantelzorgers te ontlasten. Het is daarbij niet de
bedoeling van de wetgever dat het huishouden van de mantelzorger wordt overgenomen, maar
ovemame van het huishouden van degene die de mantelzorg ontvangt is wel mogelijk. Bij het
vaststellen van de aanspraak op huishoudelijke verzorging wordt allereerst bekeken of en in
hoeverre eventueel andere personen binnen de leefeenheid zelf de problemen kunnen
oplossen. Deze ontwikkeling is al onder de AWBZ-indicatiestelling in gang gezet vanaf het
midden van de jaren '90 van de vorige eeuw. Voor zover de ondervonden problemen door
middel van dergelijke gebruikelijke zorg kunnen worden opgelost, is er geen aanspraak op
huishoudelijke verzorging. In de beleidsregels wordt vastgelegd hoe er rekening wordt
gehouden met gebruikelijke zorg bij het vaststellen van een aanspraak op een voorziening
voor huishoudelijke verzorging.
Lid 2
In artikel 4 lid 1 van de wet wordt het bestuur opgedragen om voorzieningen aan te bieden ter
ondersteuning van het voeren van een huishouden. In deze Verordening wordt dit onderdeel
opgesplitst in twee onderdelen. In hoofdstuk 3 van deze Verordening gaat het om de
voorziening 'huishoudelijke verzorging', in hoofdstuk 4 om 'woonvoorzieningen'.
Bij het interpreteren van het begrip 'voeren van een huishouden' is er van uitgegaan dat een
persoon pas behoefte kan hebben aan huishoudelijke verzorging indien dat huishouden in een
voor hem geschikte woning is gesitueerd. Vandaar dat de onder de Wvg bestaande
woonvoorzieningen onder dit begrip zijn gebracht.
Voorzieningen voor het voeren van een huishouden kunnen in drie vormen als voorziening
worden aangeboden.
Onder a. wordt genoemd de algemene voorziening; een snelle en eenvoudige
dienstverleningsoplossing zonder veel administratieve rompslomp voor de Dienst en
aanvrager. Gedacht moet worden aan vormen van direct beschikbare huishoudelijke
verzorging vanuit bijvoorbeeld een wijksteunpunt, met name voor eenvoudige
werkzaamheden, al dan niet op basis van een kortdurende hulpbehoefte. Het is aan de Dienst
om te bezien of zij deze vorm van huishoudelijke verzorging in hun verstrekkingenpakket wil
opnemen.
Onder b. wordt genoemd de huishoudelijke verzorging in natura. Ook hier gaat het om een
vorm van persoonlijke dienstverlening, net als bij de onder a. genoemde vorm. Het verschil zit
echter in de toekenningsprocedure, die meer op de persoon is afgestemd, en in de regel meer
geschikt zal zijn voor de wat grotere en langduriger behoefte aan hulp.
Onder c. is genoemd het persoonsgebonden budget (pgb) voor huishoudelijke verzorging.
Met dit pgb moet de aanvrager zelf iemand inhuren die hem ondersteunt bij het voeren van
zijn huishouden.
Artikel 9 Primaat van de algemene huishoudeliike verzorging.
1.
Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslan Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning. 44
Vastgesteld door het bestuur op 27 September 2006, laatstelijk gewijzigd in zijn vergadering op 22 april 2009,
inwerking getreden op <iater invullen>.