een algemene ontwikkelingsachterstand.
Samenvatting en conclusies van de HVD
De gezondheidssituatie van de kinderen uit groep 2 in Leeuwarderadeel wijkt op een paar
aspecten gunstig af van de rest van de regio. Ontwikkelingsachterstanden op het gebied van
de motoriek en spraaktaal komen namely k relatief minder voor. Wat de overige gezondheids-
en leefstijlaspecten van groep 2 en 7 betreft zijn er geen verschillen met de rest van de regio.
Kinderen uit gezinnen in Friesland waarbij sprake is van een lage sociaal economische status,
bijzonder ouderschap en/of een niet-Nederlandse etniciteit lopen grotere gezondheidsrisico's.
Vooral psychosociale ongezondheid, ongunstige opgroeiomstandigheden, spraaktaal- en
algemene ontwikkelingsachterstand komen vaker voor. Ook overgewicht is bij de
risicogroepen een groter probleem. De risicogroepen verdienen daarom extra aandacht.
Bij leerlingen van het voortgezet onderwiis
- Over het algemeen vindt het merendeel van de jongeren in onze gemeente (93%) dat
zijn/haar gezondheid goed is.
- Het percentage overgewicht bij de leerlingen uit de klassen 1 en 2 van het voortgezet
onderwijs in Leeuwarderadeel blijkt weinig te verschillen van het provinciale percentage.
- Op een vraag of zij de vier weken voorafgaande aan het onderzoek gedronken hadden
antwoordde 59% van de kinderen uit onze gemeente met 'ja"(provinciaal was dit 51%).
Op een zelfde vraag over roken was dit percentage resp. 25% (voor onze gemeente) en 20%
(provinciaal).
- Van de leerlingen uit klas 3 van het Vmbo in Leeuwarderadeel drinkt 6% wel eens meer dan
20 glazen alcohol per week en 8% gebruikt wel eens hasj of wiet. Daarmee wijken zij niet af
van het provinciale percentage.
- In de gemeente Leeuwarderadeel is 71% van de leerlingen uit de onderbouw lid van een
sportvereniging. Provinciaal is dit een percentage van 70%.
- Psychosociale ongezondheid blijkt vaker bij jongeren uit een (of meerdere van de)
risicogroep(en) voor te komen. De percentages varieren van 11 tot 17%. Bij de jongeren die
tot niet-risicogroepen behoren varieert dit van 5% tot 8%.
Ook ongunstige opgroeiomstandigheden komen vaker voor bij jongeren uit een (of meerdere
van de) risicogroep(en). Dit varieert van 6 tot 14% bij de risicogroepen, en van 3 tot 5% bij de
niet-risicogroepen.
- Jongeren uit klas 1 en 2 van het voortgezet onderwijs die tot een (of meerdere)
risicogroep(en) behoren blijken minder vaak lid te zijn van een sportvereniging.
Samenvatting en conclusies van de HVD
De jongeren uit de onderbouw van het voortgezet onderwijs in Leeuwarderadeel blijken op de
gezondheidsaspecten niet te verschillen van de overige gemeenten. Ook op de
leefstijlaspecten overgewicht, sporten (lid zijn van een sportvereniging) en
genotmiddelengebruik verschillen deze jongeren niet van jongeren uit de rest van de
provincie.
Jongeren in Friesland waarbij sprake is van bijzonder ouderschap, een niet-Nederlandse
etniciteit en/of die op het Vmbo zitten lopen grotere risico's wat betreft psychosociale
ongezondheid, ongunstige opgroeiomstandigheden en overgewicht. Deze risicogroepen
verdienen daarom extra aandacht.
12