van het aanbrengen van nummers. Met het oog op de dienstverlening is het immers noodzakelijk
dat de nummers, die door het college zijn toegekend, ook ter plaatse terug zijn te vinden. Voor de
hieraan verbonden kosten wordt verwezen naar de algemene toelichting.
Het derde lid verbiedt een ieder die daartoe niet is bevoegd, namen toe te kennen aan delen van
de openbare ruimte door naamborden zichtbaar ter plaatse aan te brengen. Het komt steeds vaker
voor dat burgers - om de meest uiteenlopende redenen - een straatnaambord in de tuin plaatsen of
aan de onroerende zaak bevestigen. Dat geefit veelal verwarring met de door de gemeente
toegekende namen aan de openbare ruimte. Het derde lid geefit de gemeente de bevoegdheid om
hiertegen op te treden. Voor de goede wordt erop gewezen dat het iedereen vrij staat om een
naam toe te kennen aan zijn onroerende zaak, zolang dat geen verwarring geeft met de door de
gemeente toegekende namen aan de openbare ruimte.
Het vierde lid verbiedt een ieder die daartoe niet is bevoegd nummers toe te kennen aan
onroerende zaken die prive bezit zijn door deze op zichtbare wijze aan te brengen. Het
aanbrengen van zelf gekozen nummers door eigenaren, gebruikers of beheerders aan objecten,
plaatsen en terreinen is de laatste decennia hand over hand toegenomen. Bovendien is bij de
invoering van de BAG ook gebleken dat nummers vaak zijn verdwenen. Ook worden nummers
soms zo abstract vormgegeven dat zij niet meer aan het criteria van doeltreffendheid, zoals
bedoeld in het tweede lid, voldoen. Deze criteria kunnen worden uitgewerkt in de
uitvoeringsvoorschriften, zoals bedoeld in artikel 7.
Artikel 5.
Vanuit een weloverwogen algemeen maatschappelijk belang dienen naamborden door of namens
de gemeente ter plaatse goed zichtbaar en in voldoende mate te worden aangebracht. Veelal is het
noodzakelijk om naamborden te bevestigen aan gebouwgevels, terreinafscheidingen of aan
paaltjes die op prive-terrein worden geplaatst. De betrokken rechthebbenden zijn verplicht dat toe
te laten. Het artikel houdt verder rekening met de omstandigheid dat de borden niet door de
gemeente zelf, maar op verzoek van de gemeente door derden worden aangebracht.
Het tweede lid geeft de gemeente de mogelijkheid om een bord met de oude (doorgehaalde) naam
enige tijd te handhaven naast een bord met de nieuwe naam. Op deze wijze wordt voorkomen dat
zij, die niet van de herbenoeming op de hoogte zijn, hun bestemming niet kunnen vinden.
Het derde lid is opgenomen om te voorkomen dat de leesbaarheid/zichtbaarheid van een
aangebracht naambord door bijvoorbeeld hoog opschietend groen, zonnescherm of reclamebord
wordt belemmerd. Vandaar dat is bepaald dat de rechthebbende ervoor dient te zorgen dat de
bedoelde borden vanaf de openbare weg leesbaar blijven.
Artikel 6.
Met betrekking tot dit artikel wordt gewezen op het feit dat het aanbrengen van nummerborden
per gemeente verschillend is geregeld. Sommige gemeenten brengen de nummers zelf aan. Het
aanbrengen van de nummers wordt echter ook uitbesteed of overgelaten aan de aannemer.
Bijvoorbeeld als onderdeel van het uitvoeren van een bouwwerk. Ten slotte wordt het ook vaak
aan de rechthebbende opgedragen om de nummers, conform de gemeentelijke voorschriften, aan
te brengen.
In de verordening is gekozen voor een formulering waarbij de rechthebbende het nummer dient
aan te brengen, tenzij het college anders besluit. Het laatste zal vaak het geval zijn bij
nieuwbouwprojecten, waarbij een uniform uitgevoerde nummering wenselijk wordt geacht. Het
verdient aanbeveling de verantwoordelijkheid voor het aanbrengen van een nummer in de tekst
van het nummerbesluit te regelen.
11