De toenmalige financiering is volgens het bestuur achterhaald. Toen kon het bestuur van Britsenburgh 1/3 zelf financieren 433.333). In het huidige plan zijn diverse wensen en eisen verwerkt en er ligt nu een plan dat 435.000 kost. Voor in totaal 290.000 wordt de gemeente gevraagd het plan mee te financieren. Stichting Britsenburgh is van mening dat het plan al dermate is 'uitgekleed', dat het niet voor minder zou kunnen. Op 13 September 2010 is vanuit het college opnieuw gesproken met een vertegenwoordiging van het bestuur. Tijdens dit gesprek zijn de standpunten van zowel de Stichting Britsenburgh als het College wederom toegelicht. Tot nieuwe inzichten heeft dit gesprek echter niet geleid (de verslagen van deze gesprekken zijn ter inzage gelegd). Vanuit het bestuur van de Stichting Britsenburgh wordt aangegeven dat zij met de verbouwing mogelijk groepen gebruikers vast kunnen houden, nieuwe groepen aan kunnen trekken (en daarmee ook meer inkomsten genereren) en bestaande groepen meer en/of betere mogelijkheden geven. De verschillende keuzemogelijkheden zijn ge'inventariseerd waarbij het gehele dorpshuizenbeleid en de fmanciele situatie van de gemeente in worden meegenomen. Diverse posten roepen vragen op bij het college. Nergens bestaat er namelijk een wettelijke noodzaak tot verbouwing, maar gaat het om wensen van het bestuur van Britsenburgh en/of haar gebruikers. De keuken is kort geleden opnieuw ingericht en is niet afgekeurd voor het huidige gebruik. Een terras is een welkome aanvulling, maar niet verplicht of noodzakelijk. Datzelfde geldt ten aanzien van het aanpassen van het parkeerterrein. Deze kritische opmerkingen willen niet zeggen dat het college geen oog en oor heeft voor de huidige beperkingen en de gewenste verbeteringen. Echter, de fmanciele positie van de gemeente is vrij zorgelijk en kent zijn beperkingen. Op 15 oktober 2010 heeft het college opnieuw een gesprek gei'nitieerd met de Stichting Britsenburgh. Tijdens dit gesprek is aan de Stichting Britsenburgh voorgesteld om vanuit de mogelijkheden en onmogelijkheden te onderzoeken wat de stichting van de verbouw- en uitbreidingsplannen zou kunnen realiseren met de (mogelijk) beschikbare 100.000. Voor de aanwezigen vanuit de Stichting Britsenburgh was en is dit echter geen optie, voor hen blijft het 'alles of niets'. Ze geven aan dat zij uitvoering willen geven aan het plan zoals dat er nu ligt. De fmanciele situatie van de gemeente speelt voor hen daarin geen rol. Het bestuur van Stichting Britsenburgh zou graag zien dat de gemeente het resterende deel van de subsidieaanvraag aan hen toekent in de vorm van een meerj arige/langdurende lening, waarbij de gemeente zorg draagt voor rente en aflossing. Wat deze optie betreft zijn wij van mening dat het op dit moment, vanuit financieel oogpunt bekeken, zeer onverstandig zou zijn om een meeijarige/langdurige lening aan te gaan. C. De financiele mogelijkheden ge'inventariseerd; Zowel de bijdrage van 50.000 (door de Raad toegezegd) als de bijdrage van 240.000 zijn niet in de begroting van 2010 opgenomen, noch in de begroting van een eerder jaar. Het voorstel voldoet niet aan de criteria om te dekken uit de post "eenmalig onvoorzien". De meest voor de hand liggende manier om de gemeentelijke bijdrage te dekken is om deze ten laste te brengen van de algemene reserve.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2010 | | pagina 25