Grontmij
Kwaliteit van de verhardingen
wichtig onderhouden wegennet. Het percentage 'slecht' en 'zeer slecht' bedraagt 9% en voor
een normaal en evenwichtig onderhouden wegennet is dit 7%.
5.4 CROW systematiek in de praktijk
De CROW systematiek genereert onderhoudsplanningen op netwerkniveau. Deze onderhouds-
planningen zijn gebaseerd op de inspectiecijfers die voortkomen uit de Globale Visuele Inspec-
tie. De inspectiemethodiek is gericht op maatgevende schades aan de wegen. Hieruit volgt logi-
scherwijs dat de onderhoudsplanning is opgebouwd uit maatregelen voor groot onderhoud. Op
het moment dat er schade is, maar deze is niet maatgevend voor het gei'nspecteerde wegvak,
dan wordt het wegvak niet meegenomen in de onderhoudsplanning. Het kan voorkomen dat,
indien er sprake is van een lang wegvak (binnen de kom 500 m1 en buiten de kom 1000
m1), aanwezige schade niet als maatgevend wordt beoordeeld volgens de inspectiemethodiek,
terwijl de schade een aanzienlijke omvang heeft. Dit betekent dat de aanwezige schade niet
wordt meegenomen in de onderhoudsplanning.
Dit fenomeen (zie ook bijlage 3) vindt onder andere plaats bij de Nylansdyk (figuur 5.2 a). Van
dit wegvak, met een lengte van 1.450 m1 is op de laatste 300 m1 sprake van ernstige schade.
Hier is onderhoud noodzakelijk. Echter omdat dit maar ca. 20% van het wegvak betreft wordt
de aanwezige schade niet als maatgevend beoordeeld volgens de inspectiemethodiek. Dit be
tekent dat de aanwezige schade (zie figuur 5.2.b) niet wordt meegenomen in de planning en
ook geen budget genereert. Om deze reden kunnen de budgetten na het uitvoeren van een
maatregeltoets fors hoger uitvallen.
iMlllllllfisS
I mWmt
Figuur 5.2 a Overzicht Nylinsdyk
Figuur 5.2 b Ernstige schade in Nylinsdyk
In dit soort situaties sluit de theorie niet goed aan op de praktijk. Om dit te ondervangen dient
een maatregeltoets te worden uitgevoerd, waarbij de wegbeheerder controleert of de voorge-
stelde maatregel overeenkomt met wat daadwerkelijk uitgevoerd moet worden. Indien nodig kan
de wegbeheerder de onderhoudsplanning aanpassen. Hiermee wordt de betrouwbaarheid van
de onderhoudsplanning vergroot.
NNHI 20111001, revisieDI
Pagina 11 van 14