Sanctiebeleid
In dit model Algemene subsidieverordening zijn geen bepalingen opgenomen over de
werkwijze en procedures indien subsidieontvangers zich niet houden aan de procedures en
verplichtingen. De Awb geeft hiervoor voldoende handvaten. Bijvoorbeeld, indien aanvragen
niet tijdig of onvolledig worden ingediend, dient de subsidieontvanger een termijn gegund te
worden waarbinnen de aanvraag kan worden aangevuld, dit volgt uit artikel 4:5 Awb. Voldoet
de aanvrager daar niet aan binnen de termijn, dan kan de gemeente de aanvraag op
vereenvoudigde wijze afdoen. Dat betekent dat de gemeente niet op de inhoudelijke merites
van de aanvraag hoeft in te gaan. Of, indien de aanvrager niet voldoet aan zijn verplichtingen
kan de gemeente op grond van de artikelen 4:46 - 4:50 Awb de subsidieverlening intrekken
of wijzigen. Aangezien met deze bevoegdheden een inbreuk gemaakt wordt op het
vertrouwensbeginsel, dient hiermee terughoudend en in alle redelijkheid te worden omgegaan.
Daarbij zijn de emst van de tekortkoming en de gevolgen van de verlaging voor de
subsidieontvanger van belang zijnde factoren.
Afstemming en uniformering van hoe gemeenten in dit soort situaties zullen handelen is
gewenst. Rijksbreed is bijvoorbeeld overeengekomen dat bij onregelmatigheden bij verstrekte
subsidies in het eerste arrangement, tot 25.000 euro, de subsidie in zijn geheel kan worden
teruggevorderd. Voor wat betreft het tweede en derde arrangement zijn de afspraken over het
stroomlijnen van kortingen nog onderwerp van overleg. Voor wat betreft het opleggen van
een boete ontbreekt een wettelijke basis.