Onderwerp
Functioneel
bedrijventerrein
Modern
bedrijventerrein
Hoogwaardig
bedrijventerrein
1. Glasvezelnet
Nee
Bij voorkeur
Ja
2. Floor Space Index
(FSI bruto vloeroppervlak
kaveloppervlak)
Minimaal 0,4
Natte terreinen:
minimaal 0,3
Minimaal 0,6
Natte terreinen:
minimaal 0,5
Minimaal 0,8
3. Hoeveelheid groen in
openbaar gebied
Stroken (5% van
openbaar gebied)
Natte terreinen: visuele
afscherming (5% van
openbaar gebied)
Stroken en singels
(5% van openbaar
gebied)
Singels en grotere
gehelen (15% van
openbaar gebied;
veel groen op kavels)
4. Buitenopslag
Ja
Ja, mits visueel goed
afgeschermd
Nee
5. Representativiteit
In de stedenbouw is
enige lijn te herkennen
In de stedenbouw en
de architectuur is een
lijn te herkennen
Duidelijk
ontwerpmatig
^oggeze^
6. Materiaalgebruik van
gebouwen (kwaliteit
gebruikte bouwmaterialen)
Divers, redelijk ogend
Relatief hoogwaardig
en eenduidiger
(beton, stenen, hout)
Hoogwaardig (beton,
stenen, hout, grote
glasvlakten): onder
architectuur gebouwd
7. Inpassing in de omgeving
Duidelijk gescheiden
van andere functies
(bijv. door brede weg)
en op afstand
Natte terreinen: Op
(ruime) afstand en
gecamoufleerd,
bijvoorbeeld door
bomensingels
Duidelijk gescheiden
van andere functies
(bijv. door brede weg)
en op afstand
Zachte overgangen
(groen; breed)
8. Fietspaden op terrein
Geen
Suggestiestrook op
hoofdwegen
Vrij liggend (in ieder
geval op de
hoofdwegen en
enkele secundaire
^ecjen^
9. Trottoirs op terrein
Geen
Enkelzijdig langs
hoofdwegen
Tweezijdig op
nagenoeg gehele
terrein
10. Parkeren
Op eigen terrein
Op eigen terrein
Op eigen terrein aan
de achterzijde van de
gebouwen of
collectief
11. Milieucategorie
2-5
2-4
Tabel B 1.1: Ideaaltypische kenmerken van te onderscheiden segmenten
